UWV: Meer banen in Drenthe en minder mensen in de WW

ASSEN - Het aantal banen in Drenthe groeit dit en komend jaar beperkt. Dit jaar is de groei 0,1 procent en volgend jaar 0,4 procent. Eind 2016 zijn er 105.000 banen in onze provincie. Het aantal banen groeit minder snel dan het landelijk gemiddelde.
Dat blijkt uit het rapport
Arbeidsmarktregio Drenthe
van het UWV.


Meer banen

De vergrijzing zorgt ervoor dat veel werknemers met pensioen gaan. De sterkst vergrijsde sectoren zijn het openbaar bestuur en onderwijs. Wanneer er veel vijftigplussers zijn, is de verwachting dat er de komende jaren meer banen vrijkomen.
In Drenthe zijn ongeveer evenveel vacatures op laag, middelbaar en hoog niveau. Dat is tegen de landelijke trend in, waar je ziet dat vooral het aantal vacatures op hoog niveau toeneemt.

Minder WW-uitkeringen

Het afgelopen jaar nam het aantal Drenten met een WW-uitkering af. De jaren na de crisis steeg het aantal Drenten met een WW-uitkering steeds. Mensen met een hoge opleiding vinden minder snel werk in Drenthe dan laagopgeleiden. In de meeste regio's is dit andersom.
In 2014 werd de uitkering van 10.900 Drenten beëindigd. Driekwart van hen vond werk tijdens of binnen een maand na beëindiging van de WW. Dat is veel hoger dan gemiddeld in Nederland.

Werkloosheid

De arbeidsmarkt in Drenthe is het ruimst van heel Nederland. Dat betekent dat er meer werknemers beschikbaar zijn in onze provincie dan dat er werkgelegenheid is. Oftewel: er zijn veel werklozen.
Maar in de ICT en technische beroepen zijn wel genoeg banen beschikbaar. Dat geldt ook voor banen in het onderwijs en financiële beroepen.

Toekomst

Volgens het UWV is het belangrijk dat de samenwerking tussen UWV, gemeenten en uitzendbureaus beter wordt. Verder wil de uitkeringsinstantie de afstand tot kansrijke beroepen in de techniek, ICT, zorg en onderwijs verkleinen. Bovendien moet gebruik worden gemaakt van het grote aantal vacatures in Duitsland.

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.