Tien vragen over TSN Thuiszorg
30 november 2015, 22:48 • 3 minuten leestijd
ASSEN - Een spannende week voor medewerkers en cliënten van TSN Thuiszorg. Deze week wordt waarschijnlijk bekend of de tak van TSN Thuiszorg, die huishoudelijke hulp verzorgt, failliet gaat. Afgelopen vrijdag vroeg het bedrijf uitstel van betaling aan. TSN heeft naar eigen zeggen 1940 medewerkers in de huishoudelijke hulp in Drenthe en ongeveer 6500 cliënten.
Tien vragen hierover aan Tim Robbe. Hij is advocaat en heeft 250 gemeenten geadviseerd over het sluiten van contracten voor huishoudelijke hulp.
1. Gaat de huishoudelijke tak van TSN Thuiszorg failliet?
"Ja, zeker. Het familiebedrijf dat erachter zit is niet bereid om er meer geld in te steken. Vanuit Den Haag hoef je ook geen zak met geld te verwachten, dus ja, het wordt een faillissement."
2. Is er nog een kans op een doorstart?
"Weinig kans, andere bedrijven hebben het ook al moeilijk in deze branche."
3. TSN Thuiszorg zegt dat gemeenten te weinig willen betalen voor huishoudelijke hulp en dat het bedrijf daarom in financiële problemen is geraakt. Deelt u die opvatting?
"Dat is te makkelijk. Gemeenten hebben het geld ook niet. Er wordt al sinds 2006 op de huishoudelijke hulp bezuinigd. Daarna kwamen scherpere bezuinigingen, met als genadeslag vorig jaar de aankondiging van het Rijk, dat bij het overgaan van de huishoudelijke hulp naar de gemeente een bezuiniging van veertig procent werd opgelegd. Het start bij de de regering. De aanbieders hebben te maken met stijgende cao-lonen en krijgen tegelijkertijd minder geld voor de zorg."
4. Thuiszorgorganisatie Buurtzorg zegt dat TSN de problemen aan zichzelf heeft te wijten omdat ze onder de prijs zijn gaan werken. Hoe kijkt u daar tegenaan?
"Ik snap wel dat TSN dat heeft gedaan. Het tarief is wel onvoorzien heel snel naar beneden gegaan. Als aanbieders de bezuiniging van veertig procent hadden kunnen uitsmeren over meerdere jaren was er wellicht nog iets mogelijk geweest. Ik zie nu steeds meer aanbieders afhaken. Het lijkt erom te gaan de huishoudelijke hulp te saneren."
5. Staatssecretaris Martin van Rijn van Volksgezondheid zegt dat de gemeenten verantwoordelijkheid moeten nemen. Zij kunnen toch ook geld erbij doen?
"Het idee was dat de korting van veertig procent op huishoudelijke hulp wel los zou lopen. Cliënten zouden bijpassen of de gemeente zou minder zorg verlenen. Gemeenten willen het blijkbaar niet doorberekenen aan hun cliënten. Maar de aannames die worden gedaan kloppen niet. Als iemand zes uur hulp krijgt, kun je daar niet zomaar twee uur van maken. Dat zie je ook aan gerechtelijke uitspraken: de rechter gaat daar niet in mee. Gemeenten hebben bovendien nauwelijks tijd gekregen voor de bezuiniging."
6. Gisteren hadden we een bijna huilende thuiszorgmedewerker aan de lijn die zei dat huishoudelijke hulp niet geschikt is voor marktwerking. Heeft ze gelijk?
"Ik denk dat ze gelijk heeft. De zorg is verschraald."
7. De SP pleit voor een minimum tarief voor huishoudelijke hulp. Is dat wat?
"Ik ben daar voorstander van. Beter nog: het Rijk moet het tarief vaststellen."
8. Morgen spreekt u op een congres in Utrecht over veranderingen in de zorg en hoe gemeenten daarmee om kunnen gaan. Wat is uw boodschap?
"Gemeenten en aanbieders: stop met naar elkaar te wijzen. Sluit de rijen en ga naar het Malieveld om te demonstreren. En het klinkt misschien wat saai, maar we moeten een discussie krijgen over hoeveel we willen betalen voor welke zorg."
9. Hoe ziet het ideale plaatje er uit?
"Dat partijen samen kijken wat er mogelijk is. Ik ben helemaal tegen gemeentes die voor de laagste prijs gaan bij de aanbesteding van de huishoudelijke hulp."
10. Dreigen meer organisaties die huishoudelijk hulp aanbieden in de problemen te komen?
"Ja, daar kun je op wachten."
