42 procent Drentse vakantieparken niet vitaal

Vakantiehuisjes worden vaak permanent bewoond (Rechten: archief RTV Drenthe, ter illustratie)
Vakantiehuisjes worden vaak permanent bewoond (Rechten: archief RTV Drenthe, ter illustratie)
ASSEN - Drenthe kan de ambitie om de vrijetijdsprovincie van Nederland te worden niet waarmaken als de rotte appels niet worden aangepakt. Dat zegt Merlijn Pietersma van ZKA Leisure Consultants, dat in opdracht van de provincie Drenthe en het Recreatieschap Drenthe een onderzoek heeft uitgevoerd naar de vitaliteit van de verblijfsrecreatie in Drenthe.
Maar liefst 42 procent van de parken in Drenthe heeft niet of nauwelijks toekomstperspectief en een lage kwaliteit. Een bijna even groot deel (40 procent) is wel vitaal. Maar slechts 3 procent van de parken behoort tot de top, tegenover 6 procent in Nederland.

Veel vergane glorie

Een deel (24 procent) is vergane glorie: op deze parken wordt amper toeristisch gerecreëerd en de locatie leent zich daar ook niet meer voor. Het gaat hier veelal om oudere tweede woningparken waar permanent wonen en recreatief gebruik wordt gemengd.
Daarnaast fungeert 22 procent van de parken als buffer voor de reguliere woningmarkt. Het gaat hier vooral om permanente bewoning in woningen van slechte kwaliteit en met een lage waarde. In totaal gaat het om 3.000 eenheden die wat het onderzoeksbureau betreft moeten worden verbeterd. Negen locaties schaart het onderzoeksbureau zelfs in de categorie 'burgemeestersprobleem'.
"Je moet onder ogen zien dat er behoefte is aan permanent wonen op recreatieparken. Dat kun je als een kans zien," zegt Pietersma. Als positief voorbeeld van een park dat goed uit de strijd permanent wonen versus een recreatieve bestemming is gekomen noemt hij Buitengoed Blanckenbergh in Havelte.
VDB Vastgoed, voormalig eigenaar van Buitengoed Blanckenbergh en momenteel bezig met de ontwikkeling van nieuwe recreatiewoningen in Havelte, noemt een goede mix essentieel. "Idealiter wordt 10 procent van de woningen op een recreatiepark permanent bewoond. Dat is goed voor de sociale controle. Maar het moet geen volkstuin wonen," zegt Mike van de Biezenbos van VDB Vastgoed.

Brede aanpak

De onderzoekers zien drie verschillende recreatieve gezichten in de provincie: aangeharkt Drenthe, stoere oer-natuur en drenthenieren. Ontwikkeling en vernieuwing is voor alle vormen nodig.
Een goed voorbeeld van het uitwerken van het concept stoere oer-natuur noemt Pietersma camping Buitenland van Floortje Dessing in Zandpol.
De onderzoekers adviseren Drenthe om samen de schouders te zetten onder een gezamenlijke visie met concrete doelen. Het bureau stelt de provincie voor het probleem in zijn geheel aan te pakken en niet te kiezen voor losse projecten.

Bezetting omlaag

Aanleiding voor het onderzoek waren signalen dat de verblijfssector onder druk staat: de bezetting van kampeerterreinen neemt af, het aanbod is te weinig onderscheidend en in sommige gevallen verdringt niet-recreatief gebruik het toeristisch gebruik.
Toerisme en recreatie is in Drenthe goed voor 1 miljard omzet per jaar. Daarvan wordt 280 miljoen direct besteed aan vakanties op kampeerterreinen en in recreatiewoningen. De sector biedt ook veel werkgelegenheid, want één op de twaalf banen in Drenthe is te vinden in recreatie en toerisme.

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.