Boeren tegen UNESCO-status Koloniën van Weldadigheid

Dit heeft mogelijk gevolgen voor de werelderfgoedambities van Veenhuizen en Frederiksoord.

De Ommerschans is, net als onder meer Veenhuizen en Frederiksoord, een voormalige kolonie van weldadigheid. Samen met de andere koloniën is het gebied aangemeld om in aanmerking te komen voor de status van werelderfgoed.

Als Ommerschans zich zou afmelden, keurt UNESCO mogelijk de hele aanmelding af.

Volgens boeren in Ommerschans levert zo'n status ze in de toekomst problemen op. Ze vrezen dat ze zich dan door extra procedures moeten worstelen om bijvoorbeeld een bouwvergunning voor een nieuwe stal te krijgen.

"De kosten daarvan komen voor rekening van de agrariërs, dat vind ik niet eerlijk", zegt boer Henk Herder. Hij woont in het gebied.

Helder snapt überhaupt niet waarom Ommerschans tot werelderfgoed moet worden verklaard. Volgens hem zijn de meest historische gebouwen en landschapsstructuren inmiddels verdwenen en is het een gewoon landbouwgebied geworden. "Als hier een bus Japanners komt, zijn ze teleurgesteld."

Een groep boeren bij Willemsoord heeft eerder al vragen aan de gemeente gevraagd over de consequenties van een UNESCO-status voor hun dorp. Volgens de gemeente Steenwijkerland veranderen de bestemmingsplannen niet.

"Dat zeggen ze nu, maar UNESCO wil juist dat gemeenten alles op alles zetten om het erfgoed te beschermen en verstevigen. Dat betekent dat de regels worden aangespannen."

De stuurgroep Erfgoedstatus Koloniën van Weldadigheid neemt de klachten van boeren serieus, maar wil nu niet inhoudelijk reageren. Ze wacht het advies af van de ministeries van OCW en EZ en een rapport van een adviescommissie dat over een aantal weken af is.

Vanaf 1818 werden armen uit steden ondergebracht in zogenaamde koloniën. Ze zouden er een boerenbestaan kunnen opbouwen. De eerste kolonie was Frederiksoord. Daarna zijn Ommerschans, Veenhuizen en in de Belgische plaatsen Wortel en Merksplas gesticht.