Krimpgebieden aantrekkelijk voor jongeren
ASSEN - Krimpgebieden blijven aantrekkelijk voor jongeren. Het gaat ze niet alleen om de mooie omgeving, maar vooral om de goedkope woningen. Dat blijkt uit onderzoek van Rixt Bijker. Ze promoveert volgende week op het onderwerp aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Het woord ‘krimpgebieden’ roept desolate regio’s voor de geest waar de laatste bewoners zo snel mogelijk hun biezen pakken. In werkelijkheid wordt er ook náár dit soort regio’s verhuisd, zij het minder uitbundig dan vice versa.
Tot nu toe is vooral onderzoek gedaan naar migratie richting aantrekkelijke regio’s, waarbij al snel het beeld ontstaat van welvarende stedelingen die op zoek gaan naar een nieuw leven in een idyllische plattelandsomgeving. Rixt Bijker heeft daarom onderzocht in hoeverre die motieven ook opgaan voor minder populaire gebieden, afgemeten aan de gemiddelde huizenprijs in de gemeente.
In onze provincie scoort Noord-Drenthe prima. Het percentage hoger opgeleiden dat verhuist naar een populaire gemeente is hoger daar. Het aandeel hbo-plussers onder de migranten is daar 57%, waar dat elders 43% is. Verder valt op dat de inkomens van de verhuizers naar minder populaire gebieden gemiddeld lager liggen dan die van verhuizers naar het platteland in het algemeen. Naast deze meer traditionele kenmerken blijkt verder dat verhuizers naar minder populaire gebieden meer belang hechten aan rationeel zijn of aan uitdaging en verandering.
Ook blijken de jongeren meestal niet van ver te komen, maar juist uit aanliggende gemeenten en elders uit Noord-Nederland. Bij minder populaire gemeenten is dat aandeel zelfs bijna 70%. Al dit soort informatie is belangrijk voor beleidsmakers. Dit maakt het de moeite waard te investeren in het behouden van deze groepen voor het gebied, in plaats van veel moeite te doen om mensen van verder weg aan te trekken.
