Voormalige KNIL-militairen eisen veteranenstatus

ASSEN - Voormalige militairen van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) kregen vandaag in Wierden (Overijssel) de gelegenheid zich in te schrijven voor een veteranenpensioen. De oud-soldaten eisen een veteranenstatus.
Officieel hebben deze mannen, allemaal op zeer gevorderde leeftijd, geen recht op een veteranenpensioen. Bij de overdracht van Indonesië zijn ook alle rechten van de militairen naar Indonesië overgegaan, meldt RTV Oost.
Zo'n 4000 tot 5000 KNIL-militairen kwamen in 1951 op dienstbevel naar Nederland, voor een periode van zes maanden. Velen kwamen in Kamp Schattenberg te wonen, het voormalige Kamp Westerbork.
Gegevens onvindbaar
Uiteindelijk zijn de meeste voormalig KNIL-soldaten hier gebleven. Bij het aanvragen van hun pensioen bleken de gegevens vaak onvindbaar. Volgens Leo Reawaruw van het Moluks Platform Den Haag is dat vreemd: "Veel militairen hebben wel een onderscheiding ontvangen uit handen van koningin Wilhelmina of Juliana".
Treinkaping in 1977
De meeste militairen die in het KNIL hebben gevochten, zijn inmiddels overleden. Dat de veteranenstatus nu weer actueel is, heeft volgens Reawaruw alles te maken met de beëindiging van de treinkaping in 1977.
Voor de mariniers die destijds een einde maakten aan de gijzeling, wordt mogelijk de veteranenstatus aangevraagd. Volgens Reawaruw is de hele Molukse gemeenschap tegen: "Deze mariniers, of een aantal van hen, hebben de Molukse gijzelnemers van dichtbij geëxecuteerd. Daar komen steeds meer getuigenissen van. Zij verdienen een proces in plaats van de veteranenstatus".
'Onverteerbaar'
Dat deze mariniers dus wel in aanmerking komen voor de veteranenstatus en de KNIL-militairen niet, is volgens Reawaruw 'onverteerbaar' voor de Molukse gemeenschap.
Onder andere Assen, Bovensmilde en Hoogeveen hebben een grote Molukse samenleving