Adders weer naar buiten: 'laat ze gewoon lekker liggen'

Boswachter Albert Henckel zag al een adder in het Dwingelderveld (Rechten: Albert Henckel)
Boswachter Albert Henckel zag al een adder in het Dwingelderveld (Rechten: Albert Henckel)
Na een lange, koude winter laten de eerste adders zich weer in Drenthe zien. Gretig gaan ze de komende tijd op zoek naar de eerste zonnestralen sinds hun winterslaap.
Tijdens het zonnen zoeken de slangen natuurlijk de beste plek op om maximaal op te warmen. Dat kan ook midden op het wandelpad zijn.

'Iets beter met adder'

Adderexpert Dick van Dorp is uiteraard blij dat de adders weer rondglibberen. "Je kunt wel voorzichtig zeggen dat het wat beter gaat met de adders in Nederland. Hun leefgebied was erg afgenomen, maar er worden nu natuurgebieden met elkaar verbonden en dat is beter voor de populatie", vertelt Van Dorp.
In Drenthe leven adders vooral op de heide en door het ontginnen van het gebied voor landbouw, ontstonden veel 'heide-eilandjes'. Van Dorp: "Dan krijg je te veel inteelt en stort zo'n populatie in elkaar. Maar onder meer dankzij het Project Heideblauwtje en de Natura 2000-gebieden zijn de eilandjes weer meer met elkaar verbonden."

Lekker in de zon

In het voorjaar komen de mannetjes eerst uit hun winterverblijf. Ze moeten in de zon liggen om hun zaad op te warmen, anders kunnen ze geen vrouwtjes bevruchten. "De vrouwtjes komen later pas tevoorschijn. Na de bevruchting gaan zij juist in de zon liggen, om de eieren in hun lichaam warm te houden", vertelt Van Dorp.

Adder op het pad

Wie een adder tegenkomt, hoeft volgens Van Dorp niet bang te zijn. Van Dorp: "Ze zijn giftig, maar adders zien ons als een bedreiging en zullen zo snel mogelijk weggaan als ze een wandelaar zien. Is er eentje nog niet warm genoeg en blijft hij liggen, loop er dan gewoon met een boog omheen. Laat ze vooral lekker liggen."

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.