De grafrede bleek niet nodig voor Balou
Balou heet officieel Anne Kregel. Net als zijn neef. En nog een andere neef. Alle drie zitten ze bij de brandweer. Om misverstanden te voorkomen bedachten de neven bijnamen voor elkaar. Zo had je Anne Slager, Anne Bloempie en Balou. "Zo is mijn naam ontstaan, Anne Balou."
Vier jaar na de fatale brand schuift Balou zichzelf naar voren als klokkenluider. Hij zegt waar het op staat. De groep mist naar eigen zeggen een goede leidinggevende. Ze zijn bang voor het voortbestaan van het korps.
Een onderzoek naar de situatie volgt. Maar al snel wordt duidelijk dat Balou en Maurice er alleen voor staan. Onder druk besluit Balou op de stappen bij de vrijwillige brandweer. Maurice volgt een week later.
Vijf jaar na de brand bij de scheepswerf worden voor het eerst twee herdenkingen gehouden. Een georganiseerd door de gemeente, de tweede door Hans en Ria Soyer. Ouders van de omgekomen Raymond. "Die vijf jongens horen erbij. Ze zijn er geweest. Ze hebben de kist gedragen. Ik kan het niet over mijn hart verkrijgen dat ze er niet bij mogen zijn." Op hun herdenking komen tweehonderd mensen af.
Na een aanvaring op werk krijgt hij hulp. Hij gaat naar een therapeut. Het redt zijn baan en zijn huwelijk. "Op een gegeven moment is het ook klaar. Kan ik het een plek geven. Maar soms borrelt het weer op."
De toenmalige en huidige directeur van de Veiligheidsregio, Fred Heerink, wil wel reageren. Het vertrek van Balou en Maurice Rozema was onvermijdelijk, zegt hij. "Toen is een keuze gemaakt om afstand te nemen, want de gemoederen liepen hoog op. Daarom was Maurice niet meer welkom op de kazerne. Wat het effect daarvan is? Je kunt je afvragen of het een goede keuze is. En dat vraag ik me ook af."