Wanneer de dood zich in de TT-strijd mengt [deel 2]

Norman Huntingford overleeft deze crash in 1964 op het eiland Man, maar overlijdt twee jaar later in Assen (Rechten: Keystone Pictures USA / Alamy Stock Photo)
Norman Huntingford overleeft deze crash in 1964 op het eiland Man, maar overlijdt twee jaar later in Assen (Rechten: Keystone Pictures USA / Alamy Stock Photo)
MOTORSPORT - De motorsportwereld werd op 3 juni 2016 voor het laatst opgeschrikt door de dood van een coureur in de WK wegrace. Moto2-rijder Luis Salom verongelukte tijdens de Grand Prix van Catalonië. Tijdens de voorgaande 87 edities van de TT in Assen zijn in totaal zeven rijders in het harnas gestorven: de eerste in 1948 en de laatste in 1975.
Peter
uit Engeland is de eerste omgekomen motorcoureur tijdens de TT in de jaren ’60 van de vorige eeuw. Er volgen in dat decennium nog drie coureurs, toevalligerwijs om de twee jaar. Eén daarvan is een Nederlandse monteur, die dat jaar voor het eerst aan de TT zou deelnemen als coureur.

Bron: Nieuwsblad van het Noorden, 30 juni 1962

Johan Schuld (1938 – † 29 juni 1962)

“Veel, heel veel had de 24-jarige Johan Schuld uit Amsterdam zich voorgesteld van de TT-races, waarin hij op zaterdag (30 juni 1962, red.) met een 250cc NSU zijn debuut zou maken. Er zich wel van bewust zijnde dat zijn machine het met pure snelheid tegen de fabrieksmotoren moest afleggen, probeerde hij een Honda of een Suzuki aan het lijf te komen. De stalbazen van de machtige Japanse motorconcerns weigerden echter hem er een in bruikleen te geven. Men vond hem te onervaren. Dan maar op zijn eigen NSU’tje de TT in. Maar zelfs dat was Johan Schuld niet gegeven. Nauwelijks twaalf uur voor de races, tijdens een training (op vrijdagochtend, red.), bij het uitkomen van de Kniebocht, een flauwe bocht juist voor het laatste rechte stuk naar de finish, raakt de Amsterdammer (door onervarenheid?) de macht over het stuur van zijn ‘te langzame’ motor kwijt.
Met een vaart van 130 kilometer per uur boort de NSU zich in de stropakken langs de weg, de berijder wordt honderd meter ver weggeslingerd. Op weg naar het ziekenhuis overlijdt de jonge renner. Aan dit ongeluk hebben wij tijdens de races zaterdag nog dikwijls teruggedacht. Wat op ons zo’n diepe indruk had gemaakt, bleek de zenuwen van de keiharde motorduivels niet of nauwelijks te hebben aangetast. Men reed er in ieder geval geen kilometer langzamer om. Aan de lopende band meldde een juichende Piet Nortier nieuwe baanrecords aan de ruim honderdduizend toeschouwers langs het circuit. Wat een metier…”, schrijft het Limburgs Dagblad op maandag 2 juli 1962.
De oorzaak van het ongeluk is niet bekend. “De machine”, aldus De Volkskrant, “die afgezien van de stroomlijnbak praktisch onbeschadigd was, bleek mechanisch in goede conditie te verkeren. Er was veel minder wind dan woensdag en donderdag, zodat het ook onwaarschijnlijk lijkt, dat het trekgat tussen de taluds ter hoogte van de Kniebocht de renner parten heeft gespeeld. De baan was nat geweest, maar weer opgedroogd. Niet onmogelijk is het, dat Johan Schuld boven zijn krachten heeft gereden.”
Het Parool is van mening dat de fout bij de organisatie ligt. “Men weet bij de FIM (Fédération Internationale de Motocyclisme, red.) en de KNMV (Koninklijke Nederlandse Motorrijders Vereniging, red.) evengoed als wij, dat een racemotor zoals Schuld die bezat slechts dan de snelheid kan opbrengen die nodig is om binnen de limiet te blijven, als de rijder alles op alles zet. En tot uitersten mag men in een tak van sport als deze, waarin een kleine foute fatale gevolgen kan hebben, niet gaan.”

Roland Föll (1935 – † 26 juni 1964)

Twee jaar na het dodelijk ongeluk van Johan Schuld slaat het noodlot weer toe op een vrijdag, de trainingsdag voorafgaand aan de races van de 34ste editie. De 29-jarige Roland Föll uit Zwitserland gaat in de 125 cc-klasse met zijn Honda hard onderuit (eveneens) in de Kniebocht, en komt tussen de strobalen terecht met de motor bovenop hem. De Nieuw-Zeelander Ginger Molloy, die op een Bultaco rijdt, kan niet uitwijken en wordt hoog in de lucht geslingerd. Hij overleeft de crash, maar de Zwitser is er erger aan toe. Hij loopt een schedelbasisfractuur, een hersenbloeding en een ernstige verwonding aan één van zijn ogen op. Föll, afkomstig uit Luzern, overlijdt vrijdagnacht in het Academisch Ziekenhuis in Groningen.

Bron: Nieuwsblad van het Noorden, 27 juni 1964

Norman Huntingford (1933 – † 25 juni 1966)

Drie weken voor het overlijden van Föll in 1964, maakt de Engelse zijspancoureur Norman Huntingford eveneens een ernstig ongeluk mee. Op het beruchte eiland Man rijdt hij met bakkenist Laurence Essery de Sidecar TT, een onderdeel van de Isle of Man TT. Bij Ballaugh Bridge in het dorp Ballaugh gaat het mis. Hun Matchless vliegt letterlijk door de lucht. Essery en Huntingford worden uit de zijspan geslingerd. De bakkenist heeft ernstige verwondingen en overlijdt in het ziekenhuis. Huntingford heeft geluk: hij blijft vrijwel ongedeerd, maar verkeert na het ongeluk in shock.

De crash in de Isle of Man TT waarbij Laurence Essery in 1964 om het leven komt. Norman Huntingford overleeft het ongeluk (bron: Keystone Pictures USA / Alamy Stock Photo)
Het ongeluk weerhoudt Huntingford niet van het motorrijden. De coureur gaat door met zijn zijspancarrière. Twee jaar na het ongeluk rijdt hij in Assen tijdens de 36ste editie. Die TT staat te boek als kletsnat en koud.
“De laatste zaterdag in juni was altijd een dag, die uitermate geschikt bleek om gereserveerd te worden voor een vakantietrip, een dagje vissen of voor een bezoek aan de Asser TT, waar het sinds mensenheugenis niet had geregend en alleen bescherming moest worden gezocht tegen de verzengende hitte. Aan die traditie is een einde gekomen. Donkere wolken en onaangename regenvlagen boven het snelheids- en lawaaifestijn. Donkere wolken ook voor oud-coureur en veiligheidscommissaris Geert Timmer, die ondanks alle voorzorgen op het veiligste circuit van Europa een zwarte dag beleefde. De Grote Prijs van Nederland eiste zijn vierde dode in de ruim veertigjarige geschiedenis”, aldus een verslaggever in Algemeen Handelsblad.
De 33-jarige Huntingford uit Peckham, vlakbij Londen, is tijdens de zijspanrace nauwelijks één kilometer onderweg als het noodlot toeslaat. Op het nagenoeg kaasrechte stuk na de S-bocht raakt hij met bakkenist Ray Lindsay in het gedrang, terwijl hij met drie andere zijspancombinaties naar de beste positie zoekt, voor in het ingaan van de bocht naar Bedeldijk. Huntingford, die in tegenstelling tot de andere rijders, zijn zijspan aan de linkerkant van de motor heeft, kan het stuur niet houden. Hun Matchless slaat in de berm driemaal over de kop en komt in een sloot tot stilstand. Huntingford slaat enkele keren met grote bogen om en komt weer op het circuit terecht, waarbij hij zo ongelukkig neerkomt, dat hij onmiddellijk overlijdt. Lindsay heeft, net als Huntingford twee jaar eerder op het eiland Man, meer geluk. Zijn zijspanbak raakt tijdens de crash los van de motor. Lindsey wordt ‘slechts’ met een schouderfractuur en een lichte shock opgenomen in het Wilhelmina Ziekenhuis in Assen.
Een van de baancommissarissen verklaart twee dagen later in De Telegraaf dat het ongeluk voorkomen had kunnen worden. “Als Huntingford het zijspanbakje rechts had gemonteerd, zoals de anderen, was er niets gebeurd. Hij had dan gemakkelijk kunnen corrigeren.” Het tragische verongelukken van Huntingford zet een domper op de anders zo feestelijke prijsuitreiking. “Die had nu een zeer sober verloop”, aldus de krant.

Norman Huntingford na de crash in 1964. Twee jaar later overlijdt hij in Assen op 33-jarige leeftijd (bron: Keystone Pictures USA / Alamy Stock Photo)

Rolf Thiele (1952 – † 28 juni 1975)

In 1975, vijftig jaar na de allereerste TT, overlijdt de laatste motorcoureur in Assen tijdens een WK wegrace. Dat werpt uiteraard een grote schaduw op de viering van het vijftigjarig bestaan van Nederlands grootste (motor)sportevenement. De 23-jarige Thiele, afkomstig uit Bremen, rijdt in de 250cc-klasse. Een dag voor het fatale ongeluk, valt hij eveneens. Hij grapt tegen een fotograaf, die van het ongeval getuige is, ‘veilig circuit hier’ en rijdt vervolgens vol gas verder.

Bron: De Telegraaf, 28 juni 1975
Thiele krijgt geen medische keuring en verschijnt een dag later gewoon aan de start voor de 250cc-race, zijn eerste TT-race. In de derde ronde gaat het gruwelijk mis voor de Duitser. Hij rijdt in een groep van zeven renners. In de buurt van De Bult raakt hij de macht over het stuur kwijt en slaat over de kop. Volgens getuigen valt hij op zijn nek. De helm blijft onbeschadigd na de fatale val. De arts die eerste hulp biedt, constateert vrijwel onmiddellijk dat redding niet meer mogelijk is. Met een schedelbasisfractuur, een gebroken nek en ernstig hersenletsel wordt hij, via het ziekenhuis in Assen, naar het ziekenhuis in Groningen gebracht. Daar overlijdt Thiele, even na vijven.
Wijlen Jaap Timmer, lid van het organisatiecomité en official van zowel de Nederlandse als de internationale motorbond, maakt na afloop de toedracht van het ongeluk bekend. Hij zegt daarbij dat Thiele door niemand is gehinderd of geraakt. “Zijn machine vertoonde geen technische mankementen. De internationale jury heeft ook vastgesteld dat de toestand van de baan ter plaatste uitstekend was en aan alle veiligheidseisen voldeed. Nadat het ongeval zich had voorgedaan, was medische hulp snel ter plaatse”, citeert Nieuwsblad van het Noorden.

Dood van Thiele verzwegen?

In dagblad Trouw wordt twee dagen later, met als kop ‘Assen verzwijgt dode’, kritisch teruggeblikt op het ongeluk. “Na zes uur, toen het merendeel van de 125.000 bezoekers al huiswaarts waren gekeerd en in de vele files genoten van het gouden Asser TT-feest, werd door de organisatie de fatale afloop van het rond half één die middag aan Rolf Thiele overkomen ongeluk meegedeeld. De organisatie wilde het festijn niet voortijdig beëindigen. “Er zitten nu eenmaal bepaalde risico’s aan de motorsport”, zegt Jaap Timmer, lid van het organisatiecomité en de sportcommissie van de FIM. “De rijders nemen dat risico. Zij weten het. Wij weten ook dat die risico’s tot een minimum zijn beperkt en dat de rijders hier een faire kans hebben te ontsnappen wanneer er onverhoopt iets gebeurt.”
Volgens de krant pleit de organisatie zich na afloop van het gouden feest schoon. “Sprak niet over het feit, dat het overlijden van de West-Duitse coureur vóór het einde van de zijspanrace bekend was. Sprak ook niet over het feit dat Thiele zaterdags om kwart over twaalf zonder (duidelijk noodzakelijke) extra medische keuring op zijn motor was gestapt, nadat hij vrijdags tijdens de laatste training óók, en volgens ooggetuigen, zeer fors van zijn fiets was getuimeld. Assen had het slechts over het niet-schuldig zijn van de organisatie, over het geen blaam treffen van de toestand van de baan en de toch zo goede organisatie.”
Van achterhouden van informatie wil Timmer niets weten. “Pas om 17.10 uur is Thiele overleden en wij kregen dat bericht om 17.35 uur door. Toen moesten de ouders van Thiele nog op de hoogste gesteld worden”, zegt Timmer tegen sportjournalist Dick van Gangelen.

Rolf Thiele is de laatste coureur die tijdens de TT om het leven kwam (bron: HEMEYLA-Archief Ton Kooyman)
Een jaar na het ongeluk wordt de befaamde Kniebocht minder scherp gemaakt om de veiligheid voor toeschouwers en coureurs te vergroten. “Eigenlijk is het circuit door deze ingreep voor de rijders en toeschouwers minder aantrekkelijk geworden, maar de veiligheid is ons meer waard”, aldus organisatievoorzitter Staal. Na het overlijden van Thiele blijft de TT tot nu toe bespaard van dodelijke ongelukken. Het circuit niet. Onder meer Yasutomo Nagai (1995), Alessio Perilli (2004) en Sandor Pohl (2013) sterven in het harnas, tijdens een motorsportwedstrijd.
is dé website voor alles wat met TT in Assen te maken heeft. Op de website van TT Drenthe vind je historische verhalen, prachtige foto's en natuurlijk al het laatste nieuws.

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.