'Ik verlang ernaar te weten waar het graf is, voordat ik voor altijd mijn ogen sluit'

ASSEN - "Ik verlang ernaar te weten waar het graf is, voordat ik voor altijd mijn ogen sluit. Ik wil dat mensen zijn graf kunnen bezoeken." 84 jaar oud en fragiel is Josina Soumokil en ze is vastberaden te achterhalen waar haar man Chris Soumokil begraven ligt.
Vrijheidsstrijder en president van de onafhankelijke Republiek der Zuid-Molukken Chris Soumokil werd op 12 april 1966 op het eiland Obi door een vuurpeloton geëxecuteerd. Indonesië wil tot op de dag van vandaag niet vertellen waar het graf is uit angst dat het een bedevaartsoord wordt.
In haar huis in Assen zijn de jaloezieën dicht. Nooit hertrouwde ze. Haar woning ademt de geest van haar doodgeschoten man en de RMS-strijd. Protestborden met foto's van Soumokil's executie, een geschilderd portret, een kaart van een deel van de Molukken met in het midden het eiland Obi waar militairen haar man executeerden. Ondanks dat Josina de afgelopen vijftig jaar regelmatig als boegbeeld is neergezet in de strijd om de Molukken vrij te krijgen van Indonesië leeft ze een terug getrokken bestaan.
Jarenlang is aan de Nederlandse overheid gevraagd om zich in te spannen voor de bekendmaking van de plek van het graf. Tevergeefs. Naarmate de jaren toenemen wordt haar verlangen om te weten waar haar man is groter. Nu het nog kan.

Het is ook een mensenrechtenkwestie

"Misschien is de Indonesische overheid bang dat wanneer de plek van het graf uiteindelijk bekend wordt -en natuurlijk is het ook een politieke kwestie- dat de strijd voor onafhankelijkheid van de Zuid-Molukken weer oplaait", zegt Josina die vindt dat het ook een mensenrechtenkwestie is. Ze krijgt steun bij haar strijd van de Molukse mensenrechtenorganisatie Recht Op Vrijheid. Ze klopten samen aan bij de VN. Doel was de vergadering van de Inheemse Volkeren. Daar waren zoveel insprekers dat Josina niet aan bod kwam. Uiteindelijk na lobbywerk van de mensenrechtenorganisatie kon ze toch in New York haar verhaal doen in een bijeenkomst van de Pacific Region van de VN. Dat verhaal maakte indruk. Ze wacht nog op een reactie en hoopt in oktober iets te horen.
Ondertussen heeft Josina een brief geschreven aan de president van Indonesië. Maar waarom zou hij doen wat zijn voorgangers weigerden? Soumokil: "Deze president is gematigder dan zijn voorgangers en hij heeft wél aandacht voor mensenrechten. En ik voel me gesterkt, want ook op de Molukken zelf voeren mensen actie om het graf te vinden. Het zou mooi zijn als de plek bekend wordt zodat mensen zijn graf kunnen bezoeken."
Nooit is ze meer terug geweest op de Molukken, maar als bekend wordt waar het graf is moet ze er heen zegt ze.

17 en midden in de strijd

Het jonge leven van Josina was zwaar. Op haar zeventiende werd ze tegen haar wil uitgehuwelijkt. Ze volgde haar man overal tijdens de strijd en op de vlucht voor het Indonesische leger. Moeder, vier zussen en zoontje Tommy vluchtten mee. Ze verloor in de Molukse onafhankelijkheidsstrijd op brute wijze haar moeder en twee zussen, een derde zus is nog steeds spoorloos.
Na de arrestatie van het gezin mocht ze haar man in de gevangenis in Jakarta soms twee keer per week bezoeken. Een bevriende bewaker bracht informatie over. Zijn foto waarop hij samen met Chris staat hangt nog steeds bij Josina aan de muur.

De strijd voor de onafhankelijke Republiek der Zuid-Molukken (RMS)

In 1950 was tijdens een Ronde Tafel Conferentie afgesproken dat Indonesische deelstaten uit de federatie konden treden. President Soekarno wilde dit ongedaan maken en streefde naar één ongedeelde gecentraliseerde Republiek Indonesië.
Met deze opheffing door de regering in Jakarta in zicht, nam Chris Soumokil het initiatief om de deelstaat van de Zuid-Molukken uit de federatie te laten treden. In 1950 wordt de onafhankelijke Republiek der Zuid-Molukken uitgeroepen en Soumokil wordt al snel president. Als reactie bezette Indonesië het eiland Buru en een deel van het eiland Ceram en werd het eiland Ambon geblokkeerd door de Indonesische marine. Eind september 1950 werd Ambon ingenomen. De Zuid-Molukse regering week uit naar het nabijgelegen eiland Ceram om van daaruit, onder leiding van Soumokil, de guerrilla-oorlog tegen de Republiek Indonesië voort te zetten.

Doodstraf

Op 2 december 1963 werd het gezin Soumokil op Ceram gevangen genomen en afgevoerd naar Jakarta. Zonder Chris Soumokil als leider eindigde daarna vrij snel de oorlog. Soumokil werd in 1964 door een militaire rechtbank ter dood veroordeeld. De regering in Jakarta was doof voor de verzoeken tot gratie door de Nederlandse regering. Nadat generaal Soeharto in Indonesië aan de macht kwam werd het doodsvonnis pas voltrokken in 1966.
Op 12 april werd de Molukse leider op het eiland Obi geëxecuteerd door een vuurpeloton. Josina en zoontje Tommy mochten het lichaam van hun doodgeschoten echtgenoot en vader niet zien. De Indonesiërs wilden ook niet vertellen waar ze het lichaam hadden begraven, waarschijnlijk uit angst dat het een bedevaartsoord zou worden. Josina en Thommy vertrokken naar Nederland. Ze zou nooit meer terugkeren naar Indonesië of de Molukken. Hier heeft ze de status Moeder van het Volk.
FOTOALBUM:

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.