Over water naar Meppel was vroeger de enige manier om in Drenthe te komen

Het is niet meer voor te stellen maar twee eeuwen terug was een beurtschip eigenlijk het enige vervoermiddel waarmee je fatsoenlijk vanuit het westen in Drenthe kon komen. Meppel was daarbij overstappunt voor passagiers en overslagpunt voor goederen. De markante plek waar dat na 1870 gebeurde is bewaard gebleven: de stoombootkade. En daar ligt sinds kort weer een veerboot die als twee druppels water op één van zijn illustere voorgangers lijkt: de Vereeniging III van Arco Woudenberg en Karin van der Lei.
Drenthe Toen vaart met het schippersstel Meppel binnen. "Dit beeld zagen de passagiers van de beurtschepen ook als ze ruim honderd jaar geleden Meppel binnen voeren. Het is prachtig", zegt Karin terwijl ze met haar man Arco het historische beurtveer door de sluis vaart en aanlegt bij de Stoombootkade en het Bleekerseiland. De Vereeniging mag daar nu definitief liggen. Een initiatief van Sterk Meppel.
Voorzitter Herman Jansen van de Stichting Oud Meppel is er blij mee. "Het historische beeld van Meppel is weer een stukje completer. Samen met het oude pakhuis en het grote zeilschip dat er ook ligt kun je een beeld vormen van hoe het vervoer over water in Meppel na 1870 ging."

Snikkes, trekschuiten en beurtveren

Want van het beeld van de Middeleeuwen tot 1870 is niets meer terug te vinden. Jansen: "Voor 1870 legden alle schepen aan in de grachten in de binnenstad, bijvoorbeeld op plekken waar nu discotheek Lord Nelson is en waar nu het Prinsenplein ligt. Dat waren snikkes, trekschuiten en kleine beurtschepen. Het was dus ook een overstappunt voor reizigers die verder Drenthe in wilden. Maar de schepen werden steeds groter en pasten steeds moeilijker in de grachten van de binnenstad.
In 1850 kwam de Kamer van Koophandel in Meppel en die stimuleerde de komst van meer en grotere beurtveren. Daarvoor werd een grote binnenhaven gegraven op de plek die we nu nog kennen als Bleekerseiland en de Stoombootkade. Zeilschepen werden omgebouwd tot stoomschip en alle nieuwbouwschepen waren stoomboten. "Dat leverde conflicten op met de dames die op het gras van het Bleekerseiland hun was bleekten. De kolen van de schepen waren vet en de schoorstenen braakten roet. Daar zijn hier heel wat ruzies over uitgevochten" weet Jansen.

Als twee druppels water

Het moet gezegd: Meppel binnenvarend vanaf de sluis naar het Bleekerseiland lijkt het precies op foto’s van een eeuw of meer terug. Aan de Stoombootkade liggen veerboten van Meppel naar Amsterdam en Assen. Mensen en goederen worden aan wal gezet of gaan aan boord. Het pakhuis op de kade is volop in bedrijf. Karin van der Lei: "Als ik van de zwart-wit foto weer naar het nu kijk, dan ligt de Vereeniging op dezelfde plek waar vroeger de stoomveerboot Meppel I lag. Het oude pakhuis is opgeknapt en het historische zeilschip aan de stoombootkade maken het plaatje af."
Arco Woudenberg: "Ons schip hoort hier. We hebben het gekocht omdat het zo veel op de Meppel I leek. Je wordt verliefd op een schip. Als je dan de mogelijkheden ervan bekijkt en hoe origineel het is ben je verkocht." Karin knikt instemmend. De Vereeniging is 115 jaar oud, gebouwd op een Arnhemse werf en heeft ook als beurtschip gevaren. Net als de Meppel I. Alleen niet met Meppel als thuishaven, maar de Vereeniging heeft Meppel volgens Woudenberg zeker aangedaan.

Veerdiensten naar Amsterdam en Rotterdam

"De Meppel I en de Meppel II voeren drie keer per week op Amsterdam. En er waren ook twee schepen van Paul Krüger, die voeren op Rotterdam. "Voor één gulden vijftig kon je mee, bovendeks. Een tocht over de Zuiderzee met alle ongemakken van dien want het water kon ruig zijn, het stond toen nog in open verbinding met de Noordzee. Voor een gulden extra had je benedendeks beschutting. Acht uur duurde zo'n reis" zegt Jansen.
Op de stoombootkade werden goederen ingeladen of overgeslagen. Het oude pakhuis is het pronkstuk en een provinciaal monument. "Dit was het pakhuis voor Indische waren van Jakob Frank. Specerijen en zuidvruchten, afkomstig uit de overzeese koloniën. Het was een drukbeklante zaak, die bij winkeliers in Meppel en ver daarbuiten een goede naam had" vertelt Jansen.

Het einde van de beurtveren

Herman Jansen praat verder. "Omdat de schepen groter bleven worden moest de sluis worden vergroot. Uiteindelijk pasten daar ook de nog grotere schepen niet meer in en legden ze buiten het Meppeler' stadscentrum aan. Het beurtveer had sinds 1860 ook geduchte concurrentie gekregen van de stoomtrein. Veel sneller en comfortabeler. Grote bedrijven verhuisden richting het spoor. En daarna kwamen de vrachtwagen en de autobus op en was het gedaan met de veerdiensten. De meeste moderne schepen die nu nog op Meppel varen zijn voor bulktransport en containers."
Inmiddels zijn Karin en Arco al ruim drie jaar bezig met de restauratie van de Vereeniging en wonen ze erop. Regelmatig komen Meppelers een kijkje nemen bij het historische schip. Eerst aan het Oostereinde, nu het op de prominente plek aan de Stoombootkade ligt nog meer. "Maar we blijven niet alleen voor de wal liggen. Afgelopen jaar hebben we tijdens de Donderdag Meppeldagen grachtenvaarten gedaan. In totaal zijn 800 gasten meegevaren. En we halen natuurlijk Sinterklaas ieder jaar weer binnen", lacht Karin.

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.