Ymare uit Bovensmilde praat mee over toekomst EU: 'Betrokkenheid politici ondermaats'
Ymare van Halen uit Bovensmilde is steeds kritischer over de manier waarop de burgers kunnen meepraten over toekomst van de Europese Unie. Ze praat daar al sinds oktober over mee, met achthonderd andere burgers en met Europese en nationale politici in de Conferentie over de Toekomst van Europa. Dat gebeurt in Straatsburg, online en afgelopen weekend, met tweehonderd burgers, in Maastricht.
Thema's die besproken worden, zijn bijvoorbeeld migratie en de noodzaak voor veilige opvang voor hen die het nodig hebben. "De EU mag best een grotere broek aantrekken in de wereldpolitiek", vindt Van Halen.
Veranderingen
Doel van de conferentie is de Europese Unie slagvaardiger te maken. En voor het eerst in bijna zeventig jaar wordt er ook uitgebreid over de taken en inrichting van de EU met burgers gepraat. Dit jaar moeten de ideeën van de burgers leiden tot concrete voorstellen voor veranderingen in de Europese Unie. Uiteindelijk gaan de lidstaten en het Europees Parlement en ook de Europese Commissie er over. En dat is weer een zorg van Van Halen: wat gebeurt er met de ideeën?
"Aan de burgers wordt teruggekoppeld wat er uiteindelijk met hun ideeën is gedaan", zegt Colin Scicluna. Namens De Europese Commissie werkt hij voor het secretariaat van de Conferentie en hoofd van het kabinet van vicepresident Dubravka Suica, verantwoordelijk eurocommissaris voor democratie. "Dat is recent afgesproken."
'Input mag niet ondersneeuwen'
Ook Guy Verhofstadt, liberaal Europarlementariër en één van de voorzitters van de conferentie, vindt net als iedereen in de wandelgangen - dat de lidstaten, parlement en de Europese Commissie de inbreng van de burgers serieus moeten nemen. "De input van de burger mag niet ondersneeuwen", vindt hij. "Iedereen zit hier aan tafel dus niemand kan zeggen dat het niet hun conferentie is", zei hij afgelopen zaterdag nog maar eens. Dat betekent ook weer niet dat de burger de baas wordt. "Het is belangrijk dat de burgers de gekozenen helpen met ideeën.
De conferentie wordt zo bijgesteld dat ideeën van burgers beter uit de verf komen, vinden burgers, organisatoren en vertegenwoordigers van de Europese Commissie of de lidstaten. Maar volgens Van Halen is er nog veel te doen. Ze heeft er weinig vertrouwen in dat het goed komt. Dat zijn echter niet alle burgers met haar eens.
Andere opzet
"Een kleine opzet was misschien effectiever geweest", vindt ze. "Als je allemaal nationale debatten hebt, houd je het kleiner en kun je misschien meer groepen mensen betrekken. Ook mensen die minder met de Europese Commissie hebben of die geen tijd hebben om hier vijf weekenden in te investeren."
Dat betrekken van burgers gebeurde ook op andere manieren. Zo haalde Nederland duizenden meningen op via Kijk op Europa, met onder meer een panelonderzoek onder Nederlanders.
Schijnvertoning
Het Europese burgerberaad van de conferentie krijgt ondersteuning van factcheckers. Al hadden die volgens Ymare eerder ingezet moeten worden. "Want we hebben ook veel gepraat over zaken die al gebeuren. Daarom vind ik het een schijnvertoning en word ik steeds kritischer. Als je bijvoorbeeld in de appgroep met zo´n veertig politici een vraag stelt, krijg je geen antwoord. Ik vind de betrokkenheid van politici, ook de Nederlandse politici, ondermaats."
Scicluna brengt daar tegenin dat het de eerste keer is dat dat dit burgerberaad gebeurt en zeker op deze schaal, in 27 landen, 24 talen en met een bevolking van een half miljard mensen die het aangaat. Hij ziet al waardevolle aanbevelingen komen, zoals de wens voor meer Europees burgerschapsonderwijs zodat mensen meer kennis hebben over de Europese Unie.
Eind van de week gaat de conferentie verder in Dublin en later dit jaar is er nog een bijeenkomst in Straatsburg. Daarna gaan de lidstaten en het Europees Parlement er over praten. Nog dit jaar moeten de hervormingsvoorstellen op tafel liggen.