Vernieuwde politieopleiding krijgt eigen opleidingsplek in Emmen

De politieopleiding is vorig jaar in een nieuw jasje gestoken. De nadruk ligt meer op het opdoen van ervaring in de praktijk en de eigen behoefte van aspiranten. Stage lopen bij een specifiek team is vervangen door meelopen met alle facetten van het politiewerk. De aspiranten worden daarbij begeleid door agenten uit het werkveld.

Aspirant-agenten uit Noord-Nederland volgden hun opleiding voorheen voor het grootste deel op de academie in Drachten. Het praktijkgedeelte vindt nu plaats op de nieuwe leer- en ontwikkelplekken in Emmen, Groningen en Leeuwarden. Agenten die de praktijklessen verzorgen komen naar de studenten en zij kunnen, binnen het programma, zelf aangeven waar ze extra aandacht aan zouden willen besteden.

Bij de indeling van studenten maakt het niet per se uit of zij zelf uit de provincie komen waar de praktijklessen gegeven worden. De academie houdt wel rekening met de reistijd. Een leerling uit Harlingen wordt niet zo snel in Emmen geplaatst, maar voor een student uit Groningen is het niet ondenkbaar dat die naar Drenthe moet.

Een groot verschil met de oude opleiding is dat de nieuwe opleiding terug is gebracht naar twee jaar, in plaats van drie. In Nederland is een tekort aan agenten en door het inkorten van de opleiding stromen aspiranten sneller door. Zo kunnen ze eerder worden ingezet als volwaardig politieagent. Dat betekent volgens de politie niet dat nieuwe agenten minder goed zijn voorbereid op hun werk.

"Tijdens die kortere periode leren de aspiranten ongeveer evenveel als voorheen", vertelt Kirsten Liebe, hoofd realisatie politie-onderwijs 2021 Noord-Nederland. "De nieuwe opleiding is intensiever en raakt meer aspecten van het politiewerk, waardoor de aspiranten daar een breder beeld van krijgen. In twee jaar tijd krijgen ze een volwaardige mbo-4-opleiding en zijn ze startbekwaam als agent."

De Drentse aspiranten gebruiken tijdelijk het politiebureau in Hoogeveen als leer- en ontwikkelplek vanwege werkzaamheden aan het bureau in Emmen. Het is de verwachting dat zij in april naar het zuidoosten van de provincie verhuizen. Inwoners van die plaatsen kunnen dus vaker een groepje agenten tegenkomen op straat.

Binnen die groep is het de bedoeling dat aspiranten ook van elkaar gaan leren. Zo heeft een student die vrachtwagenchauffeur is geweest al kennis van verkeerswetten. Daar kan een andere aspirant met een GGZ-achtergrond iets van opsteken. Andersom weet die student weer goed hoe je met sociale kwesties om moet gaan.

In de twee jaar na hun opleiding krijgen de aspiranten van nu extra ruimte om te leren en ervaring als agent op te doen. Na hun studie hebben ze alle bevoegdheden die andere politieagenten ook hebben. Liebe: "Ze kunnen ook alles wat een agent moet kunnen, maar het uitdiepen van hun vaardigheden gebeurt echt in die twee jaar na de opleiding."

De nieuwe opleiding is nog maar een jaar bezig en de politie moet volgens Liebe nog wel wat wennen aan de nieuwe methode. "Leervragen komen nu meer ad hoc, in plaats van dat alles strak is ingepland. Maar de basis staat en net als de studenten blijven wij ons doorontwikkelen."