Minister Schouten over gewasbeschermingsmiddelen: Het moet radicaal anders

Minister Carola Schouten (Rechten: ANP/Bas Czerwinski)
Minister Carola Schouten (Rechten: ANP/Bas Czerwinski)
Minister Schouten van Landbouw pleit voor een radicaal andere kijk op het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. "We hebben nu vooral discussie over welke middelen we wel of niet mogen gebruiken", zegt ze tegen Zembla. "Ik wil dat we het hebben over: wat is ervoor nodig om die plant heel weerbaar te maken?"
Schouten reageert op de uitkomsten van een
naar de gevolgen van het gebruik met landbouwgif. Vorige maand bleek dat het spuiten van gif op de Nederlandse bollenvelden veel schadelijker is dan gedacht. Omwonenden worden namelijk langer blootgesteld aan veel hogere concentraties van die pesticiden dan tot nu toe bekend, meldt
.

Pesticiden blijven liggen

Het onderzoek bewees voor het eerst onomstotelijk dat pesticiden na het spuiten niet op het bollenveld blijven liggen. De minister kan zich voorstellen dat mensen zich over de uitkomsten van het onderzoek zorgen maken.
Schouten zegt dat haar ideaal is dat er helemaal geen middelen meer nodig zijn. "Dat de plant, bijvoorbeeld door veredeling of goed bodemgebruik, zo sterk is dat hij zichzelf kan wapenen tegen plagen of klimaatverandering."
Ze verwijst naar haar toekomstvisie op de landbouw, die ze vorig jaar september presenteerde. Daarin riep ze boeren al op om milieu- en klimaatvriendelijker te gaan werken.

Drents onderzoek

In Drenthe zelf werd ook onderzoek gedaan naar de gewasbeschermingsmiddelen door het burgerinitiatief Meten=Weten uit gemeente Westerveld. Hier worden op grote schaal lelies en bloembollen geteeld.
Ook het Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu doet een blootstellingsonderzoek. De resultaten hiervan zijn nog niet bekend.

Lees meer: Westerveld hoopt op snelle publicatie van RIVM-rapport over gewasbeschermingsmiddelen

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.