Grootste woonhuis van Meppel staat te koop voor 1,85 miljoen euro

Zuideinde 37
Het grootste woonhuis van Meppel staat te koop © RTV Drenthe / Stefan Klomp
Als 13-jarig jongetje speelde hij er al. Zijn ouders konden het huis in 1974 lenen om kerstpakketten te stallen. "Toen dacht ik al: wat zal het prachtig zijn om dit huis te kopen." En in 2019 kon hij dat. Toen kocht Hans Webbink het grootste woonhuis van Meppel. Nu staat het weer in de verkoop.
Eerst maar even wat feiten op een rij.
Vraagprijs: 1,85 miljoen euro
Woonoppervlakte: 500 vierkante meter
Perceel: 1667 vierkante meter
Tuin: 1275 vierkante meter
Aantal kamers: 12
Adres: Zuideinde 37, Meppel
Bouwjaar: 1899
Status: Rijksmonument
Bijzonder: In het boek 'Architectuur en stedebouw in Drenthe 1850-1940' wordt het huis beschreven als één van de rijkst vormgegeven panden van de provincie
Met een vraagprijs van 1,85 miljoen euro is dit het duurste huis in Drenthe dat momenteel te koop staat. Alleen twee boerderijen en een historische havezate in Havelte hebben een hoger prijskaartje aan de gevel hangen. Met een kleine 4,5 miljoen euro is een boerderij in Vledder van 107.255 vierkante meter aan grond momenteel het duurste in Drenthe.
De cirkel is rond voor Hans Webbink, CEO van Steeler Yachts, een jachtenbouwer in Steenwijk. Hij is opgegroeid aan het Zuideinde. Zijn ouders hadden vroeger een delicatessenwinkel in de straat.
Webbink is vaak van huis gewisseld. Hij schat dat hij in zeker dertig woningen heeft geleefd. Veelal vanwege zijn werk. Totdat hij weer terugkeert in Meppel en dit huis te koop staat. "Het pakt je. Het is als een virus. Het is zo majestueus. En de verleiding was te groot om te weerstaan."
Daar komt bovenop dat hij in het huis een prachtig project ziet. Want toen de directeur van de schepenbouwer het pand kocht in 2019, stond het huis al een aantal jaar leeg. Er was genoeg te doen aan het huis om het bewoonbaar te maken. "Het gaat snel hoor met zo'n huis als het zo lang leeg staat", zegt Webbink.
Hans Webbink / Zuideinde 37
Hans Webbink in de tuin van zijn huis © RTV Drenthe / Stefan Klomp
Webbink heeft geen kwaad woord over voor de vorige eigenaar van het pand, Jan Hendrik Wouda. Het huis staat in Meppel dan ook bekend als het huis van Wouda.
Deze architect kocht de woning in 1976. Hij trok er met zijn vrouw Henni en kinderen in.Toen was het een heel ander huis. Het was er koud en het lekte. Niet gek, want het huis had daarvoor zeven jaar leeg gestaan. Het kreeg destijds de bijnaam 'het spookhuis van Meppel'.
Bewoners van Zuideinde 37
1899 - 1925: Eilerts de Haan (jurist en bankier)
1925 - 1930: Hartog van Esso (groothandelaar in japonstoffen) en Suzanne Mogendorf en twee dochters
1930 - 1940: Ludwig Westra (notaris) en Albertine Ludvica Driessen ter Meulen en zoon
1940 - 1945: Ortskommandant
1945 - 1969: Ludwig Westra
1976 - 2015: Jan Hendrik Wouda (architect) met gezin
2019 - 2022: Hans Webbink met gezin
Wouda bleef tot 2015 wonen in het huis, tot aan zijn dood. Een jaar later werd het huis te koop aangeboden. Het heeft drie jaar geduurd voordat de volgende koper, Webbink, zich aandeed. Bang dat het huis weer zo lang te koop staat is makelaar Bart Fehse, van Fehse Makelaardij, niet. "Het was een hele andere tijd. En de kinderen van Wouda vonden het heel lastig om het huis van hun hand te doen. Het ging ze aan hun hart." Inmiddels heeft Fehse al gesprekken gehad met nieuwe klanten.
"Dit huis verkoopt zichzelf", zegt hij. "Eigenlijk hoef ik hier helemaal niets aan toe te voegen."
Zuideinde 37
De hal van de woning met een grote kroonluchter © Fehse Makelaardij
Voor Webbink staat een ding als een paal boven water: "Je moet gevoel hebben bij dit huis. Je moet er liefde voor hebben en met liefde omgaan." Met liefde maakt hij het huis weer helemaal leefbaar. Er komt bijvoorbeeld vloerverwarming. "Alleen in de hal niet", voegt de makelaar toe. "Daar liggen grote marmer stenen van ik denk wel anderhalve meter bij anderhalve meter. Die kan je er niet zo maar uithalen, vloerverwarming erin leggen en weer terugleggen. Dat levert schade op." Qua isolatie komt er dubbelglas in. Webbink: "Er is voor 2 kilometer aan glasvezel aangelegd."
Maar makkelijk is dat allemaal niet gegaan. Het pand heeft de status van Rijksmonument. Er mag dus niet zomaar iets aan het gebouw gebeuren. "Dat heeft wel tot frustraties geleid", erkent Webbink. "Overal moest de monumentencommissie over buigen. Laten we wel wezen: het gaat om het huis bewoonbaar te maken voor de komende jaren. Als je hier niets aan had gedaan, kan je hier niet wonen. Dus ja, dan is het wel frustrerend als het allemaal langer hierdoor duurt."

Doorlopende tuin

Op het oog lijkt er dan ook weinig te zijn veranderd. Op de bovenverdieping zijn nog een paar oude fonteintjes - wasbakken. Bijvoorbeeld bij het toilet en een in de hal. Daar kwam geen water meer uit, dat is hersteld. Er is één uitzondering waar de verandering wel te zien is. In de tuin is er een zwembad gekomen.
Het is een bijzondere tuin, zo midden in het centrum. Alleen de omvang is al bijzonder. De tuin is 75 meter lang, en 17 meter breed. Goed voor een omvang van 1.275 vierkante meter. En aan de achterkant van de tuin is ook een ingang naar de woning. De tuin loopt namelijk helemaal door naar de achterliggende straat. De jongste kinderen van Webbink vermaken zich er maar al te goed. "Wat wil je? Met de elektrische fietsjes van ze, maken ze er een crossbaan van. Of wat te denken van het basketbalveldje in je tuin", glundert de eigenaar.
Hij zit zelf even in de achtertuin, aan de grote eettafel met een kopje koffie erbij. Hij kijkt eens wat om zich heen. "Mooier wordt het niet", concludeert hij. En toch gaat hij verhuizen. Opnieuw. Naar Giethoorn. Ook opnieuw. Daar heeft hij een nieuw huis laten bouwen. "Ik heb vijf kinderen. De meesten zijn al uit het huis. Er zijn er nog twee over." En het water trekt hem toch meer. "Dit project is afgerond. Het virus is over."

Zwarte bladzijde

In 1944 werd de woning gevorderd door de Ortskommandant. Vanuit het pand werd tijdens de Tweede Wereldoorlog de deportatie van zo'n beetje alle Joden uit Meppel georganiseerd.
Voor de oorlog woonden er ongeveer 250 Joden in Meppel. In de nacht van 2 op 3 oktober in 1942 worden de meesten op het vervoer naar Kamp Westerbork gezet. Achttien Joden keerden na de oorlog levend terug naar Meppel.

Kluis

Makelaar Bart Fehse laat een van de woonkamers zien. Het bijzondere aan deze kamer is de boekenkast. Wellicht niet eens zo zeer de boekenkast, maar meer wat daar in is verstopt. Hij opent een deur. Daarachter zit nog een deur. Een deur van een kluis.
Zuideinde 37, Meppel
Makelaar Bart Fehse toont de kluis, verborgen in de boekenkast © RTV Drenthe / Stefan Klomp
Deze kamer vertelt eigenlijk meteen het verhaal van de eerste bewoner van de woning: Eilerts de Haan. Zijn volledige naam is Willem Theodoor Eilerts de Haan. Geboren in 1867. Gestorven in 1938. Hij was twee jaar in Meppel aan de slag als advocaat-procureur, toen hij de opdracht gaf om dit huis te laten bouwen. Hij was op dat moment getrouwd met Jentina Arendina Roelink, de dochter van de op een na rijkste Meppeler op dat moment. Het geld is er dus wel om het grootste huis van Meppel te laten bouwen, want dat is de opdracht die hij meegeeft.
In 1899 slaapt hij voor het eerst in dit nieuwe woonhuis. In deze kamer deed hij zijn bankzaken - hij was namelijk ook bankier. De kluis is daar nog getuige van. Dat is niet het enige bijzondere aan deze kamer. Bart Fehse merkt nog wat op: "Kijk even hoe hoog deze kamers nog zijn. Misschien is het tegenwoordig wel twee kamers hoog."
Hij moet lachen. Of er nog iets aan te merken is aan de woning. Hij moet goed nadenken, maar komt toch met één puntje: "Eigenlijk had dit huis in Amsterdam moeten staan..."

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.