Deel 1: De geschiedenis van het Drents Parlement, hoe zit dat eigenlijk?

De Provinciale Statenverkiezingen komen eraan. Op woensdag 15 maart mogen we weer naar de stembus om het nieuwe Drents Parlement te kiezen. Maar hoe ging dat vroeger? Hoe werd Drenthe toen bestuurd?
Met die vraag ging de Zoek Het Uit!-redactie aan de slag. In een driedelige serie duiken we in de geschiedenis van de Provinciale Staten. Vandaag deel 1.
Drents Landrecht
Het jaar 1412 kan gezien worden als een beginpunt in de geschiedenis van het Drents Parlement. Uit dat jaar komt het Drents Landrecht, wat wordt gezien als de eerste Drentse grondwet. Drenthe was echter toen nog geen provincie, maar een landschap.
In het landrecht staat onder andere vastgelegd dat Drenten recht hebben om altijd een eigen vertegenwoordiging te kiezen. Om te mogen stemmen dus. Dit was op kerspelniveau, vergelijkbaar met een gemeente. En op dingspelniveau, dat waren zes verschillende streken in Drenthe.
De onofficiële hoofdstad van Drenthe was destijds Rolde. Rolde vormde ook één van de zes dingspelen van Landschap Drenthe. De dingspelen hadden bestuurlijk gezien geen hoofdverantwoordelijke, Landschap Drenthe werd bestuurd door de drost uit Utrecht. De drost stuurde de adel voornamelijk aan, ook al was er niet veel adel in Drenthe.
Gerrit Hiddema
In die tijd veranderde op bestuurlijk gebied weinig en was er vrij veel heibel in Drenthe. Daarom nemen we een sprong in de tijd. Een volgend markeringspunt in de geschiedenis is 1748. Nederland is in oorlog met Frankrijk en dat kost geld. Drenthe moest daarom een Liberale Gifte betalen. Dat bestond uit vier delen. De adel betaalde een vast gedeelte van hun inkomsten en de minderbedeelden betaalden naar eigen inzicht.
Het eerste deel van de Liberale Gifte werd betaald, maar toen gevraagd werd om een tweede deel kwamen Drenten in opstand. Dat ging onder leiding van Gerrit Hiddema. Hij vroeg zich af wat er met het eerste deel van het geld was gebeurd. Leiders van de zes dingspelen en Hiddema gingen daarom verhaal halen bij stadhouder Willem IV.
Hieronder het officiële document met de namen van de leiders van de zes dingspelen. Tekst gaat daarna verder.

Franse revolutie
Naast de stadhouder kregen ook de drost en de gedeputeerden in Drenthe, die er toen al wel waren maar niet gekozen konden worden door de boeren en burgers, het te verduren. Dat Hiddema en de zes leiders van de dingspelen op bezoek gingen bij de stadhouder, wordt gezien als scharnierpunt, omdat de provincie opkomt tegen de stadhouder.
Een ander belangrijk punt in de geschiedenis is 1795. Dan bereikt de Franse revolutie Drenthe. Op dat moment worden justitie en financiën anders opgebouwd. In 1804 krijgt Assen stadsrechten en wordt dan de officiële hoofdstad van Drenthe. In 1811 worden de kerspelen officieel gemeenten en in 1814 wordt Drenthe officieel een provincie.
Kijk hier naar deel 1 van onze serie met historicus Wim Ensing van het Drents Archief, die ons meeneemt door de tijd:
Deel 1 van een politieke tijdreis door Drenthe
Morgen verschijnt deel 2 van de geschiedenis van het Drents Parlement. Dan kijken we naar de daaropvolgende eeuw.
Zoek Het Uit!
Heb je nou ook een vraag over Drenthe? Ben je benieuwd naar iets of valt je iets op? Stuur het in naar Zoek Het Uit!