Afvalverwerker Albert T.: Aanval met snijbrander was noodweer

T. vindt zelf dat hij onterecht vastzit. Hij werd aangevallen en moest zich verdedigen, zei de man dinsdag tegen de rechters. Het Openbaar Ministerie verwijt hem poging tot doodslag.

T. wilde die dag in Meppel het terrein van het containerbedrijf op, maar werd bij het hek tegengehouden. T. vernielde het hek met een snijbrander die hij uit zijn wagen haalde.

De eigenaar van het bedrijf hield T. tegen en kreeg daarbij een klap met de brander. Het slachtoffer liep verwondingen op aan zijn hals en gezicht. Volgens een GGD-arts, die het letselrapport opmaakte, kon een klap met zo'n apparaat levensbedreigend zijn. Het slachtoffer liep geen brandwonden op.

Evert van der Meer, de advocaat van T. vroeg de rechtbank de voorlopige hechtenis van T. te beëindigen. Volgens Van der Meer staat T. niet bekend als een gewelddadige man en heeft hij nauwelijks een strafblad. De kans dat T. weer de fout in gaat, is klein, zei van der Meer. Bovendien beroept T. zich op noodweer.

Het incident in Meppel is het gevolg van een langslepend conflict. Het slachtoffer ontving recentelijk een brief van T. die vanuit de gevangenis is toegestuurd. Volgens de rechter bestaat er een kans dat het opnieuw escaleert tussen T. en het slachtoffer. Daarom is het te riskant om T. op vrije voeten te stellen, vond de rechter.

Het onderzoek is nagenoeg afgerond. De inhoudelijke behandeling van de zaak staat gepland op 16 juni, tenzij het coronavirus roet in het eten gooit. De rechtbanken en gerechtsgebouwen zijn vanwege de viruscrisis vanaf 17 maart gesloten.

Alleen urgente zaken zoals bijvoorbeeld het voorarrest, dringende familiezaken en faillissementen worden door de rechters behandeld. T. en zijn advocaat waren niet op zitting aanwezig. Beiden konden hun zegje doen via een videoverbinding.