Drenthe aan Brussel: 'Pas beschermde status van de wolf aan'

Wolven moeten minder goed beschermd worden door Europese regels. Dat vindt de provincie Drenthe. Door informatie op te sturen naar Brussel hoopt gedeputeerde Egbert van Dijk dat er straks maatregelen kunnen worden ingezet tegen het roofdier. Zo zou de provincie het rustgebied van de wolf willen verstoren en in het uiterste geval bij grote overlast het dier willen afschieten.
Drenthe is daarin niet de enige. Ook Gelderland is naar de Europese Commissie gestapt om de ongewenstheid en het gevaar van de wolf aan te tonen. Maar maatregelen tegen het roofdier zijn nu nog onmogelijk. De wolf is volgens de Europese Unie een beschermde diersoort.
Van Dijk vindt dat de gevolgen van de komst, vestiging en snelle toename van het aantal wolven dusdanig groot zijn, dat preventieve maatregelen alleen niet meer voldoende zijn om mens en dier een veilige omgeving te bieden. Door de afwisseling van natuurgebieden met dorpen en agrarisch gebied komt de wolf volgens hem vaak in contact met mensen en landbouwdieren.
De Europese Commissie wees er eerder op dat de EU-regels het aanpakken van bijvoorbeeld 'probleemwolven' wel al toestaan. EU-landen en lagere overheden zouden die ruimte ook moeten gebruiken, meent de voorzitter van de Europese Commissie Ursula von der Leyen.
Wolvenaanvallen nemen toe
In Drenthe leven op dit moment twee roedels wolven. Zowel bij de roedel in Midden-Drenthe als die in de Drents-Friese regio zijn dit jaar welpen geboren. Daar leven nu opgeteld zo'n vijf volwassen wolven, een jaarling en twaalf welpen.
Sinds 2015 zijn er in de provincie 218 aanvallen van de wolf op landbouwdieren geweest. Vorig jaar waren dit 99 aanvallen. Een verviervoudiging ten opzichte van een jaar eerder, toen het 21 aanvallen waren. Naast schapen zijn ook geiten, koeien en pony's aangevallen. Dit jaar zijn er tot en met juli 49 aanvallen geweest.
'Situatie is onhoudbaar'
De invloed van de wolf op de inwoners van Drenthe is groot, vindt de provincie. Daarnaast nemen de maatschappelijke onrust, emotionele en economische schade en kosten toe. "Het grote aantal wolvenaanvallen op landbouwhuisdieren en hobbymatig gehouden dieren maakt dat de situatie in Drenthe onhoudbaar wordt", laat Van Dijk, gedeputeerde Natuur, weten.
"Dierhouders zijn boos en verdrietig over het verlies van hun dieren. Met name over de afschuwelijke manier waarop ze hun gedode of zwaargewonde dieren aantreffen na een aanval van de wolf. Ook krijgen we steeds meer geluiden dat mensen zich niet meer veilig voelen in onze natuurgebieden en angst hebben om te gaan wandelen, fietsen of met hun hond of paard de natuur in te trekken. Daarbij krijgen we vragen van bezorgde scholen en kinderdagverblijven", zo zegt Van Dijk.
Gemeente Westerveld roert zich
De provincie krijgt in haar oproep bijval van gemeente Westerveld, die vandaag nogmaals aandacht voor het vraagstuk vroeg. De gemeente, eerder al fel pleitbezorger voor meer geld om wolvenoverlast te beperken, wil eveneens hulp van de Europese Commissie. Er liggen geen directe verzoeken, maar Brussel moet erkennen dat wolven 'een directe en ingrijpende impact op de leefbaarheid" hebben'.
Ook wil Westerveld dat commissievoorzitter Von der Leyen die impact meeneemt 'in uw verdere afweging'.
Wolfvrije regio
"We stimuleren met subsidies het nemen van preventieve maatregelen", vervolgt provinciebestuurder Van Dijk. "Toch is de verwachting dat het aantal aanvallen op landbouwhuisdieren en hobbydieren verder gaat toenemen, omdat het aantal wolven toeneemt." Daardoor neemt het draagvlak voor het roofdier af, stelt hij.
"Ons bereiken signalen dat mensen het recht in eigen hand willen gaan nemen. Onder de huidige wet- en regelgeving zijn er weinig beheermogelijkheden. Daarom vragen we de Europese Commissie de beschermde status van de wolf aan te passen zodat het beheer van de wolf mogelijk wordt gemaakt. Op deze manier kunnen we een goede stap in de richting zetten om te komen tot een wolfvrije regio", aldus Van Dijk.
Kort gezegd zijn er een paar mogelijkheden, licht een provinciewoordvoerder toe. Dat zijn monitoren, wegjagen en in het uiterste geval afschieten. "In eerste instantie gaan we voor het verstoren van het rustgebied van de wolf, zodat het dier doortrekt naar andere gebieden die qua voedsel interessanter zijn. Pas als de overlast zo groot is en andere maatregelen geen gewenst effect hebben, dan is afschot een optie. Maar de kans is heel klein dat Europa dat toestaat", besluit ze.