Tynaarlo kan meer militaire vluchten op Eelde niet tegenhouden

Militair verkeer op Eelde is een zaak van Defensie (Rechten: Archief RTV Drenthe)
Militair verkeer op Eelde is een zaak van Defensie
Tynaarlo kan meer militaire vluchten op Groningen Airport Eelde (GAE) niet tegenhouden, ook al zou ze dat graag willen. De gemeente heeft er namelijk niks over te zeggen, zo blijkt na vragen van de VVD. Het ministerie van Defensie gaat erover of Eelde meer dan 400 militaire vluchten per jaar mag ontvangen.
B en W van Tynaarlo schrijven dat, nadat de VVD-fractie in juli vragen stelde over het collegestandpunt van Tynaarlo. B en W willen niet méér militaire vluchten van en naar het vliegveld, terwijl de luchthavendirectie daar wel om gevraagd heeft bij de minister.

Meer dan 400 militaire vluchten

De luchthavendirectie had in een reactie op de nationale ontwerp-Luchtvaartnota van de minister van Infrastructuur en Waterstaat gevraagd of ze op Eelde meer ruimte voor militair verkeer kunnen krijgen. Tot nu toe mogen er per jaar 400 militaire vluchten landen. Daarbij gaat het vooral om transport van Defensiepersoneel.
Het vliegveld, dat naarstig op zoek is naar meer inkomsten, wil dat ook ander militair luchtverkeer mogelijk wordt. Vooral ook omdat het Noorden oefengebied is. 'Daarmee wordt de logistieke operatie van Defensie duurzamer en meer kostenefficiënt', zo schrijft GAE aan de minister. Gedacht wordt er bijvoorbeeld aan luchttransporten van militaire goederen of aan helikopters.

Storm van kritiek

In Tynaarlo stak gelijk een storm van kritiek op over die wens van de luchthaven. De fractie van Leefbaar Tynaarlo, verschillende Drentse natuurorganisaties en ook de Vereniging Omwonenden Luchthaven Eelde zijn bang dat het leefklimaat en ook de natuur in de omgeving wordt verkwanseld voor meer militair vliegverkeer.
Wethouder Hanneke Wiersema van Tynaarlo wilde direct nog niet reageren. Ze was er niet van op de hoogte, dat GAE deze wens in Den Haag had neergelegd. Toch wel opmerkelijk, omdat de gemeente Tynaarlo voor 4 procent aandeelhouder in de luchthaven is. Wiersema wilde de kwestie dan ook eerst bespreken met de rest van het college.

Vrees voor overlast

De fractie van Leefbaar Tynaarlo reageerde onmiddellijk: 'Dit moet je als gemeente niet willen', en eiste eenzelfde reactie van B en W. Dat gebeurde een week later alsnog. "Tynaarlo wil geen militair vliegveld op haar grondgebied. Voornaamste reden hiervoor is de overlast die we vrezen voor onze inwoners", aldus Wiersema.
Dat ze er niet van wist, komt omdat het vliegveld de reactie op de ontwerp-Luchtvaartnota weer had aangepast, nadat de aandeelhouders er kennis van hadden genomen. Kortom, de directie had op eigen houtje het militaire verzoek er alsnog ingezet.

Wel bevoegd?

De VVD in Tynaarlo wilde weten of de directie van GAE wel bevoegd was de zienswijze in te dienen, zonder de aandeelhouders erbij te betrekken. Volgens B en W is vastgelegd in welke gevallen de directie vooraf toestemming van de Raad van Commissarissen nodig heeft. "En daar staat het indienen van een zienswijze niet bij. Dat betekent dat de directie bevoegd is zelfstandig een zienswijze in te dienen."
Verder erkent het college dat Tynaarlo ook 'geen enkel bevoegd gezag' heeft, als het gaat om het gebruik van het luchtruim. Daar gaat minister Cora van Nieuwenhuizen over.

Niet voorkomen

"En als het gaat om militaire vluchten, ligt de bevoegdheid bij de minister van Defensie. Die stemt het weer af met de minister van Infrastructuur en Waterstaat. Met andere woorden, wij kunnen dus niet met een collegebesluit voorkomen dat er meer militair luchtverkeer naar GAE komt", erkent het college.
Het enige wat de gemeente wel kan, zo stelt het college, is richting de minister aangeven hoe Tynaarlo tegen de zaak aankijkt. Ook kan dat richting de andere aandeelhouders van GAE. Wat die er vervolgens mee doen, is dan afwachten. "Maar de luchthaven is wel gebaat bij draagvlak in de omgeving", waarschuwt het college.

Lees ook:

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.