Drentse horecabranche doet niet mee met opstandige collega's
De Drentse afdelingen van de Koninklijke Horeca Nederland (KHN) sluiten zich niet aan bij de horecabedrijven in vijftig regio's die - zelfs als dat niet mag - op 17 januari weer opengaan.
De elf Drentse afdelingen volgen hiermee de lijn van de landelijke KHN. Eerder riep KHN-voorzitter Robèr Willemsen zijn achterban nog op niet dwars te doen. KHN zal volgens hem nooit oproepen tot burgerlijke ongehoorzaamheid.
Ongehoorzaam
Vijftig van de in totaal 230 regio's denken daar anders over. Zij zeggen niet anders te kunnen dan ongehoorzaam te zijn omdat ze op omvallen staan en steun vanuit de overheid uitblijft. In het Noorden zouden horecabedrijven in Leeuwarden en Groningen meedoen aan de actie.
De horecaondernemers die opengaan zeggen wel dat KHN landelijk alles heeft gedaan om bij het kabinet de noodzaak voor steun voor de branche aan te kaarten. Dat lukt echter niet voldoende, waardoor ze zich gedwongen voelen 'zichzelf te redden'.
Individueel opstandig
Regiomanager Inge Venema-Vogelzang sluit niet uit dat Drentse ondernemers zich individueel wel aansluiten bij de vijftig regio's. Maar Pedro Klooster van restaurant De Huiskamer in Ansen denkt niet dat dat zin heeft. "Wat denk je wat gasten daarvan vinden?", vraagt hij zich af. "Wij houden ons gewoon aan de maatregelen van de overheid."
Horecaondernemingen moesten tijdens de eerste lockdown in maart al dicht en mochten in de zomer beperkt open. Sinds half oktober moesten zij opnieuw de deuren sluiten.
