Drenthe komt er bekaaid af bij verdeling compensatie Zuiderzeelijn

Station Emmen Zuid Spoorlijn Trein Spoorverbinding
Station Emmen Zuid. De meeste projecten in Drenthe hebben te maken met infrastructuur © ANP / Your Captain Luchtfotografie
Ineens wordt er weer over een snelle treinverbinding tussen Groningen en de Randstad gepraat; de Lelylijn. Het vorige plan, de Zuiderzeelijn, is er, ondanks beloftes van het toenmalige kabinet, nooit gekomen. Wel kwam daarvoor in de plaats een flink compensatiepakket van ruim 2,5 miljard euro naar het Noorden.
De grootste hap is inmiddels uitgegeven. Waar ging dat naartoe? Omrop Fryslân, RTV Drenthe en RTV Noord hebben het uitgezocht.
In de afgelopen 11 jaar is het geld van het compensatiepakket, bedoeld om de bereikbaarheid te verbeteren en de regionale economie te versterken, uitgegeven in Noord-Nederland. Een inventarisatie van die projecten leert dat de balans uitslaat naar de Groningse kant; ongeveer de helft van het compensatiepakket komt terecht in Groningse projecten. De andere helft wordt verdeeld over de provincies Fryslân en Drenthe en een paar grote projecten die in alle drie de provincies plaatsvinden.
Al sinds eind jaren '60 bestaat de droom van een supertrein die het Noorden ontsluit en de Randstad dichterbij laat komen. Drachten moet aangesloten worden op een spoorverbinding en de reistijd naar de Randstad moet flink verkort. De meest concrete poging tot het verwezenlijken van die droom begon in 2004, toen het kabinet een aanbesteding voor de lijn uitschreef en ook alvast het nodige budget reserveerde. 2,73 miljard euro zette Balkenende II opzij voor het project.
De Zuiderzeelijn kwam er echter niet; in november 2007 blaast Camiel Eurlings, toen minister van Verkeer en Waterstaat, het plan af. Volgens de minister zullen de mensen in het Noorden meer hebben aan de alternatieve projecten dan aan de Zuiderzeelijn zelf.

2,67 miljard

De Noordelijke provincies spreken bij convenant met het Rijk af dat ze 2,67 miljard euro krijgen om die alternatieve projecten uit te voeren. Het Rijk levert 1,8 miljard, de provincies zelf 670 miljoen en ook moet er bij kennisinstellingen en marktpartijen nog 200 miljoen opgehaald worden.
Het 'Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn' moet de regionale economie versterken, de bereikbaarheid van het Noorden vergroten en kennis en innovatie in de regio verbeteren. Een aantal concrete projecten wordt in het convenant al genoemd, zoals de aanpak van de zuidelijke ringweg bij de stad Groningen, het knooppunt bij Joure waar de rotonde wordt vervangen en bij Assen een snelwegaansluiting en een nieuw station. Deze projecten stonden al op de rol voordat het steunpakket werd opgetuigd, maar daar gaat wel bijna de helft van het pakket, zo'n 1,2 miljard, naartoe.

Kennis en wetenschap

Uit een inventarisatie van de Provincie Groningen blijkt dat, mede dankzij de 667 miljoen voor de zuidelijke ringweg, het grootste deel van het totale budget in die provincie terechtkomt. Ruim 1,3 miljard euro vloeit naar projecten die daar gelokaliseerd zijn. Infrastructuur vreet een groot deel van het budget op, maar wat vooral ook opvalt aan de projecten in de provincie Groningen is dat veel te maken hebben met wetenschap, kennis en innovatie. Zo gaat er 13 miljoen naar het bekende Life Lines onderzoeksprogramma, waarbij 167.000 noorderlingen jarenlang gevolgd worden. Met de data die dat onderzoek oplevert wordt gekeken hoe mensen gezonder oud kunnen worden. Ook gaat er in Groningen bijvoorbeeld geld naar een Innovatiecentrum voor bio-energie, naar een 'Energy Academy' en naar een afdeling van de Hanzehogeschool waar zakelijk talent wordt opgeleid.

Friese Meren

In Fryslân is het beeld heel anders. Van het totale compensatiebedrag komt ruim 431 miljoen euro terecht bij projecten in Fryslân. Behalve dat ook hier grote infrastructurele projecten worden gerealiseerd, zoals knooppunt Joure (70 miljoen) en de bereikbaarheid van Drachten en Heerenveen (86 miljoen), gaat er ruim 46 miljoen naar het Friese Merenproject. In dit project worden allerlei plaatsen in de provincie aangepakt. Dorpen en steden door de hele provincie krijgen een facelift en worden aantrekkelijker gemaakt voor watersporters. Zo wordt er een passantenhaven in Balk aangelegd en in Makkum worden de ligplaatsen in de binnenhaven verbeterd.

Vooral infrastructuur

Naar Drenthe gaat zo'n 475 miljoen van de 2,67 miljard euro uit het steunpakket. De meeste projecten in deze provincie hebben te maken met infrastructuur, zoals verbeteringen van de spoorlijn Zwolle-Emmen (33 miljoen), landbouwtunnels (8,5 miljoen) en nieuwe aansluitingen op de N34 (kosten onbekend).
Een enkel ander project heeft te maken met versterking van de economie. Zo gaat er 121 miljoen naar Assen, Roden, Hoogeveen, Dwingeloo en Emmen voor 'economische projecten op de terreinen energie, water- en sensortechnologie, lifesciences, agribusiness, chemie, toerisme, metaal en scheepsbouw, MKB, arbeidspotentieel, vestigingslocaties en woon- en leefklimaat'.
Ook gaat er nog 254 miljoen euro naar projecten die in alle drie de provincies spelen, zoals een nieuwe sneltrein tussen Leeuwarden en Groningen (171 miljoen) en nieuwe Q-liners op de route Assen-Groningen (66,5 miljoen euro). Opnieuw veel infrastructuur dus.
Een groot infrastructuurproject dat in zichzelf wel wat wegheeft van de Zuiderzeelijn, omdat het maar de vraag is of het er ooit gaat komen, is de Wunderline; een snelle, betere verbinding tussen Groningen en Bremen. 85 miljoen ligt ervoor klaar, maar al sinds 2015 is er een onopgelost gat in de verbinding tussen beide steden. Een door een schip verwoeste brug is nog steeds niet hersteld en dat staat de Wunderline in de weg.

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.