Hoogeveen heeft Witte Anjerperk om veteranen te eren
In Hoogeveen is voor het stadhuis een Witte Anjerperk aangelegd ter ere van veteranen. Het is vandaag Nederlandse Veteranendag. Twee jaar geleden werden gemeenten opgeroepen een speciaal Witte Anjer perkje aan te leggen. In Drenthe geeft na Meppel, Hoogeveen daar nu ook gehoor aan.
"We vinden het belangrijk om de veteranen die in Hoogeveen wonen te eren voor datgene dat ze voor ons land hebben gedaan", vertelt burgemeester Karel Loohuis bij de openingsceremonie waar tientallen veteranen bij aanwezig zijn. "Het is niet alleen voor veteranen uit de Tweede Wereldoorlog, maar voor alle militairen die ook daarna op missie zijn geweest. Veel mensen zien vaak niet wat deze mensen meemaken in een land ver weg met een andere cultuur. Daar zijn ze aan het vechten ook voor onze vrijheid. Ik vind dat daar onvoldoende aandacht voor is." Hoogeveen telt zo'n 300 veteranen.
Anjers zijn het symbool van veteranen. "In de Tweede Wereldoorlog was de anjer een teken van verzet", vertelt luitenant-kolonel Glenn Bloemberg van de stichting Veteranen Hoogeveen. "Later heeft Prins Bernard de anjer overgenomen. Hij liep er altijd mee en toen de veteranenwet nieuw leven werd ingeblazen is de anjer gebleven."
Geen besef
Burgemeester Loohuis weet van dichtbij hoe het is om veteraan te zijn. Zijn vader heeft tweeënhalf jaar in het voormalig Nederlands-Indië gezeten. "Die mannen kwamen indertijd terug en er werd niets geregeld. Ze kwamen terug in een maatschappij die veelal ook niet meer positief was over wat ze in Nederlands-Indië hadden gedaan. Ze moesten zich maar redden. Met mijn vader is het nog wel goed gekomen, maar veel van zijn kameraden hebben daar veel last van gehad. Ze konden geen werk vinden, enkelen zijn in de goot beland en sommigen hebben uiteindelijk zelfmoord gepleegd. Gelukkig is er nu betere nazorg, maar veel mensen beseffen niet wat deze mannen en vrouwen hebben meegemaakt. Vaak komen ze niet meer terug zoals ze zijn weg gegaan. Het doet wat met je zo'n uitzending in een oorlogsgebied."
Erkenning
"Het Witte Anjerperk is een zichtbare erkenning voor ons als veteranen midden in het centrum van Hoogeveen", zegt luitenant-kolonel Bloemberg. Zelf heeft hij missies gedaan in onder andere Afghanistan, Koeweit en Irak. "De waardering wordt vaak niet geuit. Pas als je in gesprek raakt met mensen en uitlegt wat het allemaal heeft betekent voor mij en mijn gezin, dan ontstaat het vaak wel. Je bent werk aan het doen in een gebied dat je niet kent en waar je in sommige gevallen wel het uiterste offer moet brengen. Maar ook mijn gezin heeft bij een missie zeven tot acht maanden de boontjes zelf moeten doppen, terwijl mijn kinderen nog klein waren. Veteranen die terugkomen hebben veel meegemaakt en zijn soms ook beschadigd geraakt. Het gaat dan ook niet alleen om de periode van uitzending, maar ook om de terugkomst waarin veteranen weer moeten wennen aan een veilige omgeving. Waardering en erkenning is daarom super belangrijk."
Veteraan Simon Schildt herkent dat. Hij heeft missies gedaan in Joegoslavië en Afghanistan. "Toen ik terug kwam was het wel even wennen. Ik kwam de eerste keer terug rond de feestdagen. Bij vuurwerk schrik je dan toch van elke knal, omdat je daar anders over nadenkt. Normaal sta je daar niet bij stil, maar na zo'n missie is het toch anders." Schildt praat weinig over wat hij heeft meegemaakt. "Dat doe je eigenlijk alleen met de andere veteranen. Zij herkennen het gevoel en de situaties. Mensen die er niet bij zijn geweest begrijpen het vaak niet." Het Witte Anjerperk is voor hem belangrijk. "Het is nu zichtbaar. Je kunt nu aan je kinderen vertellen dat er een Anjerperk is voor veteranen en dat maakt het ook makkelijker om erover te praten."