Hoe gevaarlijk is jakobskruiskruid?

Bruin zandoogje op een bloem van jakobskruiskruid.
Bruin zandoogje op een bloem van jakobskruiskruid. © Jan Dijk
Boerenorganisaties LTO en Farmers Defence Force luidden vorige week de noodklok: provincies moeten volgens hen keihard optreden tegen het almaar voortwoekerende jakobskruiskruid. Hoe gevaarlijk is deze plant?
Volgens de boerenorganisaties dreigt er een ramp: niet alleen voor paarden en koeien, zelfs het voortbestaan van bijen staat op het spel en iedereen weet: als de bijen weg zijn, dan zijn de gevolgen niet te overzien.
Tijd voor actie dus, harde actie. LTO-voorman Dirk Bruins pleit er zelfs voor om de gifspuit in te zetten bij ecologisch beheer van bermen: "Wij zijn voor biodiversiteit, maar willen niet dat er giftige planten groeien."
Maar waarom zie je nergens creperende paarden en koeien als het zo'n groot probleem is? Waarom zie je jakobskruiskruid überhaupt in geen enkel weiland staan? Waarom zit zo'n plant vol bijen en vlinders als ze er aan doodgaan? En waarom zien de bermen geel van het jakobskruiskruid?

Sluipmoordenaar

"Jakobskruiskruid is een sluipmoordenaar. Het gif in de plant hoopt zich op in de lever en richt daar onherstelbare schade aan." Professor Marianne Sloet is hoogleraar Inwendige Ziekten Paard aan de Universiteit van Utrecht en ze is duidelijk: "Het wordt hoog tijd dat Nederland dit probleem serieus neemt. In Engeland zijn ze er bijvoorbeeld veel verder mee dan wij. Daar hebben ze een heel bestrijdingsprogramma. In Nederland zijn we niet zo ver, boeren en paardenhouders zijn er heel bang voor maar er zijn zelfs nog organisaties die het actief uitzaaien omdat het zulke mooie gele bloemetjes heeft."
"Het komt redelijk veel voor dat dieren er het slachtoffer van worden", zegt Sloet. "Maar het komt niet vaak in de publiciteit en het is niet zo dat er duizenden dieren aan doodgaan." Om hoeveel dieren gaat het dan? "We hebben er elk jaar wel een paar gevallen bij de Universiteitskliniek voor Paarden, maar exacte aantallen zijn niet bekend. Maar het kan dus best zijn dat er in het land tientallen of honderden dieren aan doodgaan."

'Geloof er niks van'

Een andere plek waar heel veel onderzoek gedaan wordt is de Gezondheidsdienst voor Dieren - tegenwoordig Royal GD geheten. Het bedrijf doet jaarlijks 5 miljoen onderzoeken, en er werken 500 mensen waaronder 90 onderzoekers en gespecialiseerde dierenartsen. "Ik geloof er niks van dat vergiftiging door jakobskruiskruid veel voorkomt", zegt onderzoeker Jet Mars van Royal GD. "Wij hebben de laatste tijd enkele verdachte paarden gezien maar geen bewezen gevallen. Runderen die aan jakobskruiskruid gestorven zijn hebben we al jaren niet gezien, op één geval na van dieren die in een natuurgebied liepen met heel veel jakobskruiskruid. En we zien hier dus heel veel dieren langs komen."

Fabels

"Over jakobskruiskruid gaan allerlei fabeltjes rond", zegt Esther Hegt. Ze opende in 2007 een meldpunt voor dieren die het slachtoffer zijn geworden van jakobskruiskruid, maar is daar vorig jaar mee opgehouden omdat ze vrijwel geen meldingen kreeg. Die fabels gaan volgens Hegt bijvoorbeeld over het aantal dieren dat sterft aan 'JKK': in Engeland zouden in 2002 6.500 paarden omgekomen zijn door jakobskruiskruid, maar volgens Hegt is dat cijfer al lang onderuit gehaald. "Het is gebaseerd op een enquête waar maar heel weinig dierenartsen aan mee hebben gedaan, dus dat cijfer is volstrekt onbetrouwbaar."
En zo zijn er nog veel meer fabels in omloop. "Het gif wordt niet afgebroken en hoopt zich op in de lever - klopt niet," zegt Hegt. "Het gif wordt gewoon afgebroken en verdwijnt uit het lichaam. Maar als het schade heeft aangericht is die schade wel onherstelbaar."
"Jakobskruiskruid is uitgezaaid door Rijkswaterstaat en natuurbeschermers - klopt ook niet. Dat hebben we nooit gedaan."
Tekst gaat verder onder de foto.
Jacobskruiskruid trekt veel insecten aan, zoals deze bruine vuurvlinder.
Jacobskruiskruid trekt veel insecten aan, zoals deze bruine vuurvlinder. © Jan Dijk

Gifstoffen als verdediging

Jakobskruiskruid zit vol met pyrrolizidine alkaloïden: PA's. Dat zijn gifstoffen waarmee de plant zich verdedigt tegen vraat. En met succes: die PA's zijn zo bitter dat grazers hem alleen in uiterste nood eten, en ook is hij heel goed bestand tegen vraat van insecten: alleen de gestreepte rupsen van de Sint Jakobsvlinder zie je lekker knagen aan het kruiskruid. En die vlinder heeft dan meteen een manier gevonden om het gif van de plant op te slaan waardoor hij later oneetbaar is voor vogels. De geelzwarte strepen duiden overigens op gevaar, net als bij wespen.

Lab versus natuur

En dan de bijen en de honing. 'Minder bekend maar al wel wetenschappelijk vastgesteld én minstens even gevaarlijk, is de invloed van PA's uit jakobskruiskruid op bijenpopulaties. Alhoewel de werksters van de bijenvolken min of meer 'immuun' zijn voor het gif van de plant, blijken de bijenlarven dat niet. Deze kennis die al een aantal jaren geleden is vastgesteld bij onderzoek in Duitsland, wordt amper gedeeld! Bijensterfte schrijft men liever toe aan de landbouw,' schrijft boeren-actiegroep Farmers Defence Force in een alarmerend persbericht op hun website.
"Klopt niet", zegt Eric Mahieu van de Nederlandse Bijenhoudersvereniging. "Zo zit de natuur niet in elkaar. Er is inderdaad een Duits onderzoek waaruit blijkt dat bijenlarven niet tegen de PA's uit jakobskruiskruid kunnen, maar dat is een onderzoek in een laboratorium waar de larven extreem hoge doses kregen. In het echt gebeurt dat niet. Je kunt uit dat onderzoek net zo goed concluderen dat bijen juist heel goed om kunnen gaan met de stoffen in jakobskruiskruid."

Bittere honing

Volgens Farmers Defence Force zit ook in de honing van jakobskruiskruid veel gif. Eric Mahieu: "Dat klopt, maar dat geldt alleen voor pure jakobskruiskruidhoning. Dat is alleen heel erg bitter door die PA's. En in de praktijk wordt de honing die de bijen van jakobskruiskruid maken zo vermengd met honing van andere bloemen dat het geen enkel gevaar vormt. Die conclusie heeft de NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) ook al een hele tijd geleden getrokken. Wat Farmers Defence Force hier doet is typisch een geval van selectief omgaan met de feiten."

Natuurhooi

Jakobskruiskruid is dus van zichzelf heel erg bitter door de PA's die er in zitten, en paarden en koeien eten het dan ook niet, behalve als ze misschien niets anders te eten hebben. Dat is een belangrijke reden dat de plant zo opvalt: vaak worden alle andere planten opgevreten en blijft alleen het kruiskruid staan. Maar als het in het hooi terechtkomt verliest het zijn bittere smaak en kan het fout gaan.
"Het is in het verleden wel eens mis gegaan, maar wij verkopen geen hooi met jakobskruiskruid erin," zegt Joke Bijl van Staatsbosbeheer. "Als wij hooi uit natuurgebieden verkopen kijken we eerst of er jakobskruiskuid staat. En als dat zo is dan krijgt het een certificaat mee dat het niet geschikt is voor dieren." En ook Rijkswaterstaat verkoopt geen hooi met jakobskruiskruid er in. "Als wij de bermen maaien dan wordt het maaisel afgevoerd en vergist, verbrand of gecomposteerd. Er is zelfs een afnemer die er cellulose uit haalt voor plastic paaltjes. Maar het wordt niet verkocht als voedsel voor dieren."

Gele bermen, groene weilanden

Maken boeren zich dan zorgen om niets? "Ze hoeven zich in ieder geval niet druk te maken dat in hun weilanden overal jakobskruiskruid gaat groeien. Het is een pionierplant die niet tegen mest kan, dus die heeft niets te zoeken in de weilanden van boeren. Daar zie je hem dus ook niet", zegt Edwin Dijkhuis van plantenorganisatie FLORON.
Toch staan de bermen nu vol bloeiende planten. "Dat past ook wel bij de soort. Hij heeft kale grond nodig om te ontkiemen en schrale plekken om te groeien. Door de hitte van de afgelopen jaren zijn er veel grassen doodgegaan, en dus is er ruimte gekomen voor het jakobskruiskruid. Dat zie je nu. Maar dat betekent niet dat volgend jaar de weilanden vol staan."

Paardenweitjes

"Je ziet het niet in weilanden," beaamt ook Jet Mars van de Gezondheidsdienst voor Dieren. "Als je het bij dieren ziet is dat in paardenweitjes. Daar zijn vaak opengetrapte stukjes grond waar het kan ontkiemen."
"Paardenliefhebbers moeten hun gras goed verzorgen", zegt Hegt. "Dan hebben ze ook geen last van het spul." Maar volgens Sloet is dat niet het enige: "Het is een verschrikkelijk lastig te bestrijden plant want tijdens de bloei verspreiden ze hun zaadjes over flinke afstand. Je kunt hem alleen maar kwijtraken door hem met wortel en al uit te trekken. Ik heb in het verleden in Engeland gezien dat gevangenen die aan elkaar getekend zaten die dingen er uit moesten trekken."

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.