Kwart van Drentse basisscholen heeft geen meester meer voor de klas

Veel juffen voor de klas in Drenthe
Veel juffen voor de klas in Drenthe
ASSEN - Bijna een kwart van alle Drentse basisscholen heeft geen enkele meester meer in dienst, maar enkel nog juffen. Dat blijkt uit onderzoek van RTV Drenthe in het personeelsbestand van alle basisscholen in de provincie.

Op vijftig Drentse basisscholen (van de 219) staan alleen nog maar juffen voor de klas. De kans dat een kind in zijn hele basisschoolperiode nog les krijgt van een meester is kleiner dan ooit.
Alle Drentse basisscholen samen tellen ruim tweeduizend leerkrachten. Het gaat dan om voltijdbanen. Slechts driehonderd van hen zijn mannelijk, de rest is juf.
Extreem beeld
Uit het onderzoek komt een extreem beeld naar voren. Basisscholen zijn een vrouwelijk bastion geworden, misschien nog wel meer dan gedacht. 84 procent van alle lesuren wordt hier gegeven door een juf, zestien procent door een meester. Gemiddeld betekent dat, dat een kind iets meer dan een jaar een meester voor de klas heeft en bijna zeven van de acht jaar op de basisschool les krijgt van een juf.
Een voorbeeld
De Eshorst in Beilen is met bijna driehonderd leerlingen een gemiddelde school, met 13,2 fte voor de klas. Die zijn ingevuld door iets meer dan twintig juffen, alleen de adjunct-directeur van de school is een man.
Aan de andere kant zijn er in de hele provincie slechts twee scholen te vinden waar de mannen in de meerderheid zijn in de koffiekamer. Basisschool Hijken en de Christelijke basisschool De Vaart in Hoogersmilde zijn de twee scholen waar de juffen niet in de meerderheid zijn.
Campagne
Het meestertekort is in heel Nederland nijpend. Het ministerie van onderwijs zette een paar jaar geleden nog een campagne op, om meer jonge mannen te laten kiezen voor een carrière voor de klas. De doelstelling was voorzichtig: als er dertig procent mannen voor de klas staan, dan is het ministerie al heel blij.

Heb je een nieuwstip, nieuwe informatie óf heb je een foutje gespot? Stuur een bericht, foto of filmpje via WhatsApp of mail de redactie.